Overgewicht

 

 

Mogelijke symptomen:

 

·        Te veel vet

·        Te veel vocht

·        Te veel darmgassen

 

 

Mogelijke oorzaken of beïnvloedende factoren:

 

1.      Ontregeld honger- en verzadigingscentrum

bvb. door stress of door een teveel aan afval- of gifstoffen in de voeding; om deze op te slaan en zo te neutraliseren maakt het lichaam extra vet aan, waarvoor het hongercentrum meer geprikkeld moet worden.  Als men te snel eet en onvoldoende kauwt, dan worden er minder suikers vrijgemaakt uit de eerste verteringsfase en gaat het verzadigingscentrum pas later een impuls krijgen, nl. als de maag vol is en de spanning op de maagwand een impuls geeft aan dit hersencentrum.  Dit gebeurt vooral bij granen en brood.  Het zetmeel van brood wordt makkelijk in vet omgezet.

Kan ook veroorzaakt worden door een gebrek aan ballaststoffen in de voeding, lage kwaliteit van voedingsproducten, hoofdzakelijk gekookt voedsel eten enz.

 

2.      Eten als doel i.p.v. als middel

Gebruik van extra smaakmiddelen, suiker, kleurstoffen, zout, enz.  Eten is in de industriële samenleving en de gastronomie een stimulans tot genot geworden waardoor het honger- en verzadigingsgevoel misleid wordt

 

3.      Lage kwaliteit van voedingsmiddelen

Door de lage kwaliteit van voedingsproducten, geraffineerde voedingsmiddelen met een gebrek aan vitale stoffen, gaat de mens instinctief meer eten om  toch voldoende vitaminen en mineralen, binnen te krijgen.  Ondanks het eten van een grote hoeveelheid voedsel lijden veel mensen toch aan een kwalitatieve ondervoeding…

 

4.      Erfelijke belasting

Als één ouder zwaarlijvig is, hebben de kinderen 50% kans het ook te worden; zijn beide ouders zwaarlijvig, dan is de kans ong. 80%.  Ouders kunnen echter ook het verkeerde voorbeeld geven van eetgedrag; in dit geval spreekt men van familiale vetzucht.  Het is moeilijker om af te vallen als er sprake is van erfelijkheid, men moet meer opletten, maar het kan zeker wel.

 

5.      Jojo-effect

Door het volgen van meerdere diëten, gaat de verbranding trager werken, waardoor men bij het hervatten van het voedingspatroon dat men gewoon was, gaat bijkomen.  De verklaring hiervoor ligt, bij onevenwichtige diëten, in een verlies aan spierweefsel, een verstoring van de stofwisseling en de natrium-kaliumverhouding of de osmotische druk, en het vasthouden van vocht.

 

6.      Een verstoord zuur-basenevenwicht

Basenvormende voedingsmiddelen zijn rijk aan water: fruit, groente, melk, aardappelen, yoghurt,…  Zuurvormende voedingsmiddelen zijn arm aan water en rijk aan calorieën: olie, boter, noten, vlees, vis, kaas, eieren, soja, granen, brood,…  Het gaat hier om de verhouding tussen bepaalde mineralen in de voedingsmiddelen.  De westerse voeding is hfdz. zuurvormend en dit belast de buffersystemen in het lichaam die de zuurtegraad van het bloed binnen bepaalde grenzen moeten houden.   Een zuurvormende voeding brengt meer gifstoffen met zich mee.  Zie de uitgebreide tekst.

 

7.      Een te calorierijke voeding

Calorieën worden geleverd door koolhydraten, vetten en eiwitten.  Men heeft zich hier echter lang op blind gestaard.  Het blijkt nu dat er veel andere factoren een rol spelen, zoals de kwaliteit van de stofwisseling en de vertering, bewerking en bereiding van het voedsel, het soort voedsel, voedselcombinaties, het zuur-basenevenwicht, enz.

 

8.      Brede heupen

Mensen met brede heupen zullen makkelijker zwaarlijvig worden dan mensen met smalle heupen; ze hebben een groter hongergevoel, een tragere stofwisseling en kunnen moeizamer gifstoffen uitscheiden.  Door het bredere spijsverteringsstelsel duurt het langer voor hun verzadigingscentrum in werking treedt.

 

9.      Onvoldoende uitscheiding van afval- of gifstoffen:

Sommige mensen maken extra vet of vocht aan om de afvalstoffen uit de voeding, de vertering, de stofwisseling of het milieu op te slaan en zo onschadelijk te maken.  Een teveel aan gifstoffen kan ontstaan door meer te eten dan het lichaam nodig heeft, door constipatie, door verkeerde voedselcombinaties en de gistings- en rottingsprocessen als gevolg daarvan, gebrek aan ballaststoffen, door langdurig gebruik van medicamenten, door leidingwater te gebruiken, door voor het lichaam ongeschikt voedsel te gebruiken, door blootstelling aan gifstoffen in het milieu (verfdampen, uitlaatgassen, plasticdampen, enz.), door een verstoord zuur-basen evenwicht in de voeding, door additieven in de voeding, e.v.a.

 

10.  Psychische spanningen, stress, emotionele aandoeningen

stimuleren de neiging tot zwaarlijvigheid, tot het zoeken van troost voor een gebrek aan waardering en voor een negatief zelfbeeld vooral in suikerrijke voeding, tot eten om de verveling te verdrijven, enz.  Stress kan leiden tot functiestoornissen van het zenuwstelsel, het hormonaal stelsel, de spijsvertering, de waterhuishouding waardoor het vetweefsel meer vocht vasthoudt, enz.  Stress leidt brengt ook heel wat gifstoffen met zich mee.  Psychische problemen zoals minderwaardigheidsgevoelens, angst, teleurstellingen, zich onbegrepen voelen, negatieve gedachten, introvert karakter, onverwerkte gevoelens, obsessies, enz. belasten het zenuwstelsel, wat op langere termijn tot functiestoornissen kan leiden.  Bij bepaalde mensen is zwaarlijvigheid de weerspiegeling van hun innerlijk leven.  Stress, psychische spanningen, het gevoelsleven en voeding maken gebruik van dezelfde hersengebieden (o.a. spijsvertering en stofwisseling) en beïnvloeden elkaar.

 

11.  Bepaalde medicamenten

zoals antihistaminica, de pil, migrainemiddelen, antidepressiva, corticosteroïden kunnen een toename van de eetlust of het vasthouden van vocht bewerkstelligen.  Andere kunnen leiden tot een slechte stoelgang zoals maagzuurremmers, anti-epileptica, kalmerende middelen, middelen tegen ziekte van Parkinson.

 

12.  Onwetendheid en onverschilligheid

Ondanks de stortvloed van gezondheidstijdschriften en –programma’s op TV, zijn er veel mensen die weinig weten over de nadelige invloed van suiker, koffie, alcohol, wit brood, charcuterie, additieven, enz.  Sommige mensen weten het wel, maar trekken het zich niet aan onder het idee van “wat moeten we nog eten op den duur?”, “er is niks goed”, “we moeten toch ergens van doodgaan?”, “ik heb er geen last van”, enz.

 

13.  Hormonale stoornissen

zoals een traag werkende schildklier, die een tragere verbranding geeft van vetten, eiwitten en koolhydraten, tragere stoelgang, vermoeidheid, luiheid, vasthouden van vocht, overgewicht, enz..  Er kan ook sprake zijn van een stoornis van de hypofyse waardoor er teveel insuline geproduceerd wordt  en teveel suikerrijke voeding gegeten wordt.  Ook een voortijdig climacterium bij de vrouw is mogelijk waarbij de eierstokken stoppen met het aanmaken van oestrogeen wat leidt tot vetzucht.  In verband met de schildklier is het zo dat zwaarlijvige mensen met dit probleem beter heel matig zijn met groente van de Brassica-familie, nl. witte, rode, groene kool, savooikool, bloemkool, spruitjes, broccoli, radijs, Chinese kool, koolrabi, tuinkers, mosterd, mierikswortel, waterkers, tuinkers,…  Deze bevatten glucosinolaten.  Bij de afbraak hiervan tijdens de vertering komen mosterdoliën vrij zoals isothiocyanaten en vinylthio-oxazolidine.  Deze laatste remt de schildklierwerking: het gaat de opbouw van

 jodium in thyroxine tegen en zorgt voor vergroting van de schildklier

 (kropvorming).

 

14.  Verborgen allergie of intolerantie voor bepaalde voedingsmiddelen of additieven

kan overgewicht of een sterk schommelend gewicht tot gevolg hebben.  Meestal gaat het om een reactie op bepaalde eiwitmoleculen of additieven die vanuit de darmwand in het bloed terecht komen: “De darmwand kan te poreus worden als gevolg van allergische reacties die op de darmwand zelf inwerken waardoor deze een deel van de beschermende werking verliest. Daardoor kunnen voedselmacromoleculen in de bloedbaan komen. Deze onvolledig verteerde proteïnes en endogene toxines in het bloed worden als 'vreemd' beschouwd waardoor de witte bloedlichaampjes hun chemische inhoud vrijgeven. Beschadiging en ontsteking van het omliggende weefsel is het gevolg van overstimulering van dit systeem, meestal heeft dit ook tot gevolg dat het lichaam teveel vocht vasthoudt. Een tekort aan het enzym IgA (een beschermend bestanddeel in onze ingewanden) kan hetzelfde effect veroorzaken. (…) De veranderingen in de cellen zijn nauwelijks waarneembaar en het is vrijwel onmogelijk te herkennen dat er een relatie is met het voedsel dat u regelmatig nuttigt terwijl juist daardoor uw probleem almaar verergert.. (bron: http://www.alcat.nl/overgewicht.htm)  Het vreemde is dat men aan deze voedingsmiddelen waarvoor men een allergie of intolerantie heeft, soms licht verslaafd is en er meer van eet dan nodig.

 

15.  Bloedsuikerschommelingen

Bij een te lage bloedsuikerspiegel of hypoglycemie kunnen sommige mensen in de verleiding komen om te grijpen naar ongezond suikerrijk voedsel.

 

16.  Een voeding die niet geschikt is voor het spijsverteringsstelsel van de mens

De mens is nl. van nature een planteneter, in het bijzonder een fructivoor.  Door het verlaten van zijn oorspronkelijke biotoop is hij genoodzaakt geweest andere voeding te gaan gebruiken en te kweken om te overleven: granen, vlees, vis, melkproducten, enz.  Door de ontwikkeling van de landbouw, de cultuur, het hebben van een vaste woonplaats, en later de industrie, heeft de mens een voedingspatroon ontwikkeld dat soms ver afwijkt van wat de natuur voor hem voorzien heeft; zijn noodvoeding om te overleven werd zijn hoofdvoeding.

 

17.  Vasthouden van vocht

kan het gevolg zijn van een verstoorde natrium-kalium verhouding in de voeding door een te hoge inname van al of niet verborgen zout in de voeding en/of een onvoldoende uitscheiding van zout door de nieren.  Verder kan het vocht vasthouden een beschermingsreactie zijn om gifstoffen in oplossing te houden.  Ook zetmeel houdt vocht vast (brood, bakkerswaren, granen).  Het waterhuishoudingscentrum in de hersenen kan ontregeld zijn bvb. door stress of er kan een probleem zijn ter hoogte van het lymfestelsel, het hart of de nieren.  Mensen die weinig eten en toch zwaarlijvig zijn, houden waarschijnlijk eerder vocht vast, hoewel dit niet altijd zo is.  Andere symptomen bij deze mensen zijn veel dorst, veel drinken, zweten en plassen.

 

18.  Te veel vet in de voeding

kan echter ook het gevolg zijn van een teveel aan suikers of eiwitten dat in vet wordt omgezet.  Laten we ook niet de verborgen vetten vergeten in allerhande snoep en bakkerswaren, in fastfood, volle melkproducten, enz.  Een ander element dat een rol kan spelen is een tekort aan gammalinoleenzuur (GLZ), het vertrekpunt voor hormoonachtige verbindingen als prostaglandinen, die heel wat functies in organen stimuleren en controleren.   Uit teunisbloemolie gesynthetiseerde prostaglandinen activeren een sluimerend type lichaamsvet om sneller calorieën te verbranden én bevorderen de uitscheiding van natrium uit lichaamscellen, wat leidt tot een verminderen van vastgehouden vocht.  Een supplement met teunisbloemolie, zoals Barlean’s Essential Woman Oil, kan zelfs zonder een dieet te volgen, heel wat kilo’s doen kwijtspelen.

 

19.  Bepaalde persoonlijkheidseigenschappen of psychische problemen

kunnen zich reflecteren in overgewicht, zoals moeilijk iets kunnen loslaten, minderwaardigheidsgevoelens, meerderwaardigheidsgevoelens of een opgeblazen ego, een belangrijke (gewichtige) positie innemen bvb. in een bedrijf, angstgevoelens, hoge kwetsbaarheid, eenzaamheid, luiheid, onverschilligheid, apathie, onwetendheid, gebrek aan langetermijndenken, enz.

 

20.  Te veel darmgassen

kunnen veroorzaakt worden door te snel eten, een verstoorde darmflora, verkeerde voedselcombinaties, voedselintoleranties, te veel eten, moeilijk verteerbare voedingsmiddelen zoals bonen, kolen, ajuinen, enz.  In feite ontstaan gassen door onvoldoende darmflora, die niet in staat is de eiwit- en suikerresten af te breken.  Gassen wegen niets maar kunnen wel het figuur vervormen.  Bovendien komen er door de gistings- en rottingsprocessen toxische stoffen in het bloed terecht, waarop het lichaam kan reageren door extra vet of vocht aan te maken om ze te neutraliseren.

 

21.  Constipatie

Mensen kunnen meerdere kilo’s stoelgang met zich meedragen als ze leiden aan constipatie.  De normale regel is “bij elke maaltijd hoort een stoelgang”.  Ik verwijs naar de tekst over constipatie elders op de site.  Bovendien kan men ook heel wat nooit uitscheiden stoelgang met zich meedragen die aan de wand van de darm is blijven kleven als een laag rubber en daar de opname van nuttige stoffen belemmert.  Een goede remedie hiervoor, onder doktersbegeleiding, zijn hoge darmspoelingen.  Door onvoldoende functioneren van de darm bvb. door gebrek aan ballaststoffen, door minderwaardig voedsel, door vooral gekookt voedsel te eten e.d. wordt constipatie in de hand gewerkt.  Omdat de darmen onvoldoende werken en een slechte vertering veroorzaken, kan men zwaarlijvig worden; het overgewicht veroorzaakt dan weer een vertraging van de darmwerking.

 

22.  Gebrek aan lichaamsbeweging

voor een uitvoerige beschrijving van de effecten hiervan verwijs ik naar de tekst over lichaamsbeweging elders op de site.  Beweging zorgt voor een betere bloedcirculatie, meer uitademing, transpiratie, een betere stoelgang en op deze manieren raakt men meer gifstoffen kwijt.

 

23.  Verkeerde voeding

we denken hier natuurlijk aan geraffineerde producten zoals industriesuiker, wit meel (tarwebloem), zout en de talloze producten waar dit aan toegevoegd werd zoals snoep, wit brood, deegwaren, gebak, taart, koeken, chocolade, conserven, fast-food, enz. én aan bier, wijn, koffie, frisdranken, zwarte thee.  Al deze “lekkere” producten zijn vitaminen- en mineralenrovers, belasten de spijsverterings- en uitscheidingsorganen en zorgen voor extra gifstoffen die zorgen voor extra vet of vocht en darmgassen.

 

24.  Verkeerde drank

Heel wat klassieke dorstlessers hebben een nadelige invloed op de gezondheid: bier, wijn, frisdrank, chocomelk, gewone thee, koffie, enz.  Cafeïne wekt bij breedgebouwde mensen de eetlust op, heeft een negatieve invloed op de insuline-productie zodat de behoefte aan suiker toeneemt.  Bovendien bevat koffie veel gifstoffen zoals purinen, reststoffen uit de chemische landbouw, smaak- en bewaarstoffen.  Het feit dat men koffie nodig heeft om op gang te komen en te blijven, wijst op een slechte ontgifting.  Voor een uitgebreide bespreking verwijs ik naar de tekst “Wat zullen we drinken?”  Ook cola, gewone thee en chocolade bevatten cafeïne.

 

25.  Te weinig slaap

Tijdens de slaap worden gifstoffen opgeruimd.  Door onvoldoende slaap raakt men dus minder gifstoffen kwijt.  Om wakker te worden of te blijven overdag, grijpt men naar koffie, dat zelf een bron is van gifstoffen.  Zoals eerder uitgelegd, maken sommige mensen extra vet of vocht aan om gifstoffen in op te slaan.

 

26.  Roken

Kan bijdragen tot dichtslibbing van bloedvaten, hoge bloeddruk, chronische longproblemen e.v.a.  Maar in tabaksrook zitten ook zeer veel giftige stoffen, niet alleen teer, nicotine en koolmonoxide!  In een sigaret zijn ongeveer 4700 bestanddelen te vinden, waarvan er zeker 43 kankerverwekkend zijn.  De reactie op gifstoffen werd reeds eerder uitgelegd.  Anderzijds is het zo dat het stofwisselingstempo afneemt door het stoppen met roken en men hierdoor dus minder energie verbruikt; men heeft dan ook nog de behoefte om iets in de mond te steken, een verbetering van de smaak en de reuk.  Deze factoren kunnen bijdragen tot een toename van het gewicht.

 

27. Te veel eiwit

Een te groot aanbod aan eiwit is één van de belangrijkste oorzaken van veel beschavingsziektes.  Eiwit is de moeilijkst te verteren voedingsstof en laat veel afvalstoffen achter; eiwitrijke voedingsmiddelen hebben bijna altijd een zuuroverschot en worden bovendien bijna altijd in een verkeerde voedselcombinatie gegeten, wat ook weer extra afvalstoffen met zich meebrengt.  We weten intussen dat onvoldoende uitscheiding van afvalstoffen kan leiden tot overgewicht bij mensen die hiervoor aanleg hebben.  Ik verwijs ook naar de tekst over eiwit en de aminozurenbank.

 

 

Mogelijke verwikkelingen:

 

1.      Arteriosclerose of aderverkalking

met een grotere kans op hoge bloeddruk, hart- en vaatziekten, spataders.  Ik verwijs voor meer uitleg naar de tekst over hoge bloeddruk en cholesterol.

 

2.      Ademhalingsproblemen

de opgezette buik drukt tegen het middenrif en de longen kunnen onvoldoende uitzetten, waardoor een oppervlakkige ademhaling ontstaat en men vlugger buiten adem raakt.  Tevens ontstaat er een moeilijkere bloedsomloop van de longen.

 

3.      Suikerziekte

bij een koolhydraatrijke en/of vetrijke voeding is de insuline behoefte groter en wordt de pancreas zwaarder belast.  De insulineproductie kan uitgeput raken.

 

4.      Spijsverteringsproblemen

vooral bij een ongecontroleerd eetgedrag of eetverslaving.  In het bijzonder denken we aan winderigheid of darmgassen, constipatie, belasting van de pancreas, galklachten.

 

5.      Artrose

door het grotere gewicht wordt het kraakbeen van de gewrichten zwaarder belast en gaan de steungewrichten zoals knieën, heupen en de ruggenwervels degenereren.  Dit maakt de bewegingen moeilijker, en zal de noodzaak om aan regelmatige lichaamsbeweging te doen belemmeren.

 

6.      Rugklachten

door de druk van de uitgezette buik op de ruggenwervels, het gewicht van de organen en van het lichaam zelf betekenen een zware belasting voor de rugspieren en de ruggenwervels, soms uitmondend in hernia.  Ook stress en emotionele aandoeningen hebben een invloed op spierspanningen.

 

7.      Seksuele stoornissen

Ontstaan door versmachting van de geslachtsorganen in het bekken, waar zich immers makkelijk vet en vocht ophopen.  Hier komt nog bij dat zwaarlijvige mensen zich vaak niet aantrekkelijk voelen.  Zwaarlijvige vrouwen hebben meestal een moeilijkere bevalling dan slanke.  Zwaarlijvige mensen raken ook moeilijker aan een partner.

 

8.      Vroegtijdige veroudering

door de grotere belasting van vitale organen zoals het hart, de longen, de lever, de nieren, de pancreas en de galblaas. 

 

9.      Grotere kans op ongelukken

door de traagheid in bewegen en reageren.  Er is vaak meer pijn en verwonding door het zwaardere gewicht, men loopt makkelijker ergens tegen.

 

10.  Zwakkere weerstand

door de belasting door zwaarlijvigheid kunnen organen zich moeilijker verdedigen, zweet men vaak meer, loopt men meer risico op infecties.  Soms wordt de immuniteit ook verzwakt door negatieve gedachten, een laag zelfbeeld, depressiviteit.

 

11.  Slaapproblemen

kunnen ontstaan door de moeilijkere ademhaling, negatieve gedachten, het niet vinden van een goede slaaphouding door de uitgezette buik.

 

12.  Vermoeidheid

Kan het gevolg zijn van eventuele slaapproblemen, meer infecties, de grotere inspanning bij beweging door het grotere gewicht, de traagheid, een verstoorde bloedsuikerspiegel, negatieve gedachten en gevoelens, rugklachten, een moeilijkere uitscheiding van gifstoffen, enz.

 

13.  Psychische problemen

Een grote druk kan ontstaan door het opgedrongen slankheidsideaal, de reacties van de omgeving, gevoelens van minderwaardigheid, onmacht, schuld, angsten, ontevredenheid, afwijzing, enz.

 

14. Maagbreuk en liesbreuk

Door de grote druk van de uitgezette buik kan de maag door het middenrif geraken via de opening voor de slokdarm in het middenrif.  Dit kan allerlei soorten spijsverteringsproblemen zoals reflux, slokdarmontsteking of –vernauwing, als gevolg hebben.  Bij een liesbreuk stulpt het buikvlies uit door een zwakke plek in de liesstreek; dit kan operatief hersteld worden.

 

 

Preventie en behandeling:

 

Afslanken is op de eerste plaats ontgiften en bijgevolg komen tot een gezond, dagelijks voedingspatroon dat aangepast is aan iemands individuele constitutie en aanleg voor bepaalde ziekten.  Om iemands voeding, lichaamsbeweging en psychische ingesteldheid op punt te stellen, dient men toch te rekenen op een periode van min.drie jaar.  Dit is heel wat anders dan de knaldiëten die overal in tijdschriften en boeken opduiken.  Het heeft geen zin om op korte tijd veel gewicht te verliezen om het daarna op korte tijd weer bij te winnen en te hervallen in dezelfde fouten.

Niet alleen het lichaam in het bijzonder de spijsvertering, de stofwisseling, het zenuwstelsel, het hormonaal stelsel, enz. heeft tijd nodig om aan het nieuwe, betere voedingspatroon te wennen, maar ook de geest.

 

De behandeling kan zich globaal op drie terreinen richten:

 

1. Levenswijze

 

·        Lichaamsbeweging

uithoudingssporten zoals wandelen, fietsen, zwemmen.  Men kan de fiets met fietstassen aan het bagagerek of de benenwagen nemen om te gaan winkelen in plaats van de auto, op het werk kan men tijdens de pauze eventjes een luchtje gaan scheppen, een hond aanschaffen om te kunnen (moeten) gaan wandelen, enz.

·        Manuele behandelingen leren of laten toepassen zoals massage, lymfedrainage, voetreflexologie, dieptemassage, de huid afborstelen, enz.

·        Stressbeheersing vb. door spierontspanningsoefeningen, ademhalingsoefeningen,  yoga, t’ai-chi

·        Eventuele slaapproblemen aanpakken

·        Zoeken van een leuke hobby, vrijwilligerswerk, een opleiding om iets zinvol om handen te hebben in plaats van te eten uit verveling of teveel aan eten te zitten

denken.

·        Dragen van makkelijke maar mooie kleding in plaats van ongemakkelijke mode en hoge hakken die de gewrichten en de rug belasten.

·        Jezelf leren verwennen met andere dingen dan chips, gebak, taart, enz.  Bijvoorbeeld door een massage (geven of krijgen), verdampen van etherische olie in de

woning, een wandeling in het park, iets herinrichten in de woning, werken in de tuin, lezen van een goed boek, enz.

·        Sociaal contact: opzoeken van lotgenoten en niet zichzelf afzonderen om geen kwetsende blikken of reacties te krijgen.

·        Stoppen met roken: hiervoor kan de huisarts goed hulp bieden.

 

 

2. Voeding

 

Er zijn verschillende mogelijkheden of stappen.

 

Gespreid over min. 3 jaar gaat men meer en meer natuurlijke voedingsmiddelen gebruiken en steeds minder voedingsproducten.  Het aandeel groente, fruit, aardappelen, goede vetten, kruiden, honing, volle granen, enz. neemt toe en het aandeel suiker, zout, verborgen vetten, vlees, wit brood of witte deegwaren, koffie, frisdrank, alcohol, enz. neemt af.  Men zet telkens een kleine stap in de goede richting.

Dit kan door bvb. te beginnen met het zich eigen maken van de goede gewoonte ’s ochtends alleen fruit te eten of brood met groente en voor de rest van de dag zoals men gewoon is.  Enkele weken of maanden later kan men proberen slechts 3 keer per week vlees te eten in plaats van elke dag of  men kan op zoek gaan naar confituur zonder suiker; naar carobpasta in plaats van choco; men kan frieten eten met ketchup in plaats van mayonaise; men kan op het werk of onderweg ergens een broodje “gezond” kiezen in plaats van met kaas of hesp; granenkoffie in plaats van gewone koffie; kruidenthee in plaats van gewone thee; knäckebröd of rijstwafels in plaats van altijd brood; op restaurant kiezen voor een vegetarische maaltijd; kiezen voor een vegetarische pizza; groentesap of fruitsap drinken in plaats van frisdrank; desserts weg te laten; de combinatie zetmeelrijke met eiwitrijke voedingsmiddelen weglaten en kiezen voor één van de twee; telkens met groente; etiketten van voedingsproducten leren lezen; tussendoor een kom soep drinken of een stuk fruit eten in plaats van een paar koeken of een stuk chocolade, enz.  Dit alles zonder forceren en naargelang de eigen creativiteit en mogelijkheden.

 

Men kan overwegen een wekelijkse “rust”dag voor de spijsvertering in te schakelen bvb. op zondag, waarbij men alleen kruidenthee met honing of alleen groentesoep of fruitsap gebruikt, of alleen fruit eet, alnaargelang iemands voorkeur. 

 

Men kan regelmatig een vastenkuur doen (onder begeleiding), een sapkuur, een monodieet (vb. een druivenkuur van 2 dagen), of een gemengd fruitdieet van een dag of enkele dagen.

 

Als men gezonder gaat eten en drinken, meer gaat bewegen, gaat het lichaam de kans grijpen om de opgestapelde gifstoffen kwijt te raken.  In verband met ontgiftingsreacties is het aangewezen traag over te schakelen naar een gezondere voedingswijze in plaats van drastisch en radicaal, niet te overdrijven met sporten, reinigende kruidenthees te drinken, warme baden of douches te nemen, enz.

 

Hoge darmspoelingen kunnen door een arts toegepast worden om de darmen te zuiveren.

 

 

3. Psyche

 

·        Gesprekstherapie om oorzaken van psychische problemen te achterhalen, om beter met gevoelens te leren omgaan, vb. door middel van de SAM-methode.

Spelen emotionele problemen een belangrijke rol in iemands gemoedsleven, dan kan het beter zijn dat men eerst therapie volgt vóór men aan vermageren denkt

·        Creativiteit stimuleren

·        Levenshouding in vraag stellen en verbeteren

·        Visualisatieoefeningen, autosuggestie, positief denken

 

 

Bron:

 

Sharon, M., Alles wat je moet weten over voeding en gezondheid, Zuidnederlandse Uitgeverij, Aartselaar, 2001

Van den Wyngaert, L., Het Tri-Actief Afslankingsprogramma, Arinus, Genk, s.a.

http://www.alcat.nl/allergie.htm

http://nhg.artsennet.nl/upload/104/patbrieven/p5a.htm

http://www.nietrokers.nl/an/a03090.html

http://www.pdv.nl/lmbinaries/vinylthiooxazolidon.pdf

 

 

© [email protected]

www.geocities.com/lucasvo

 

 

Fout! Onbekende schakeloptie-instructie.1

Hosted by www.Geocities.ws

1