OPENBARING

TIJDREIZEN EN BREININBRAKEN

Als er iets van waarheid in de profetieen van Openbaring steekt, dan komen we uit bij de vraag hoe deze tot stand zijn gekomen. Op het eerste gezicht lijken de profetieen van Openbaring op een zooitje ongeorganiseerde en bij elkaar geraapte beesten uit de Babylonische dierentuin. Of staan de beesten symbool voor politieke machtssystemen? In dat geval moet God in staat zijn om door de tijd te reizen of door gedachtenbeinvloeding de wereldgeschiedenis te sturen. Volgens mij is er zelfs sprake van een samenwerkingsverband tussen God en Satan op het gebied van de gedachtenbeinvloeding. In het daadwerkelijk door de tijd reizen geloof ik niet zo; de geschiedenis veranderen zou als gevolg hebben dat personen (en zelfs God) ineens totaal verdwijnen. Het al dan niet bestaan van parallelle universums doet daar niets aan af. Bij het vele malen sneller reizen dan het licht kunnen "Ze" natuurlijk wel naar ieder moment in de geschiedenis kijken. De gebruikte telescopen moeten daar natuurlijk wel krachtig genoeg voor zijn. Het valt aan te nemen dat de geboorte en kruisiging van Jezus bij buitenaardsen in het filmarchief zitten. Als er niets misgaat zullen onze verre nakomelingen al onze duistere geheimen kennen en deze op film vastleggen. Bij dergelijke gedachtes kun je maar beter niet al te lang blijven stilstaan! De mensheid zal ooit weten wat er waar is van alle religieuze verhalen en mythen. Dat brengt ons bij de vraag of de goden uit het heden en verleden onze eigen reizigers uit de toekomst zijn. In dat geval moeten ze oppassen om onze toekomst en hun verleden niet in de war te schoppen. Persoonlijk geloof ik daarom dan ook niet zo in deze theorie. Een andere leuke vraag is of onze verre nakomelingen ons, met gebruikmaking van door ons achtergelaten genetisch materiaal, weer tot leven kunnen wekken. Door in het verleden te kijken kunnen ze beoordelen wie van ons het waard is om verder te leven. Bij een toereikende technologie kunnen wij ons dit leven misschien zelfs nog herinneren. Ik vraag mij vaak af of zogenaamde herinneringen aan vorige levens, niet gewoon het resultaat zijn van genetisch opgeslagen herinneringen van onze eigen voorouders. Alle vogels lijken bijvoorbeeld "instinctief" te weten waar en wanneer het tijd is om weg te trekken naar andere gebieden. Volgens mij is dit een voorbeeld van genetisch opgeslagen gedachtes of herinneringen. Waarom zouden mensen geen opgeslagen herinneringen van hun voorouders voor het voortbestaan van hun soort hebben? Het religieuze besef kan een collectieve herinnering zijn aan de tijd dat de goden nog onder ons waren. Misschien moest ik dit boek schrijven omdat de goden mij dit in "een vorig" leven hebben opgedragen. De kans bestaat dat Jezus en Mohammed voorgeprogrammeerde geestchippen hadden en hun opgedragen taak moesten volbrengen. Ik heb met deze filosofische beschouwing willen aantonen dat niemand het bestaan van God, goden, goddelijke menselijke nakomelingen of buitenaardsen kan ontkennen. We moeten zorgvuldiger omgaan met het milieu om onze goddelijke nakomelingen een kans op bestaan te geven! Veel wetenschappers beweren met de relativiteitstheorie van Einstein in de hand dat sneller reizen dan het licht onmogelijk is. Daar stel ik tegenover dat er heel goed een energievorm kan bestaan die geen enkele relatie met massa of lichtsnelheid heeft. De hindoeistische Mahabharata heeft de volgende wijsheden voor ons: "Oneindig is deze door zaligen (en onzaligen?) en godheden bewoonde ruimte, verheugend, met velerlei woonplaatsen bezaaid, waarvan de grens onbereikbaar is...En ook de goden zien de grens van de machtig uitgebreide hemeltent niet, omdat deze moeilijk bereikbaar is, omdat zij eindeloos is en ook door de goden niet is te meten."

OPENBARING MET AANTEKENINGEN TOT HOOFDSTUK 13

Het verklaren van het boek Openbaring gaat in tegen alle geschreven en ongeschreven wetten van de huidige schriftgeleerden. Dat is voor mij juist de reden om het toch te doen. Ik ga mij zelfs bezondigen aan het feit dat ik met meerdere "dag des oordeels"-datums kom. Het is voor de lezer dan ook belangrijk om alles met een korreltje zout te nemen. Alleen God weet het tijdstip, en ik ben God niet. Volgens mij moet Satan het tijdstip toch ook weten, omdat dit boek een samenwerkingsverband van God en Satan moet zijn. Openbaring 20: 7-8 spreekt toch duidelijk van een loslating van Satan "aan het einde der tijden". Het zou beroerd zijn als Satan niet zou weten wanneer het zijn tijd is om in actie te komen! Het is belangrijk om in te zien dat Openbaring bestaat uit profetieen en niet uit halfzachte herhalingen of geschiedenislesjes. Ik heb gemerkt dat veel beeldspraken twee of drie betekenissen hebben. De eerste beeldspraak is vaak een verwijzing naar het (Bijbelse) verleden, de tweede betekenis slaat op de toekomst. Ik zal proberen om mij te beperken tot teksten die van belang zijn voor de toekomst, en teksten die mijn persoonlijke inzichten ondersteunen of verduidelijken. Ik heb voor dit hoofdstuk gebruik gemaakt van meerdere Bijbelvertalingen. Volgens de meeste theologen is de Statenvertaling de meest letterlijke vertaling van het originele geschrift van Openbaringen. Bepaalde termen en begrippen heb ik letterlijk overgenomen. Omdat ik zelf de Statenvertaling heb omgezet in leesbaar Nederlands kunnen bepaalde teksten misschien "wat vreemd" overkomen.

Hoofdstuk 1: "De openbaring van Jezus Christus, die God hem gegeven heeft, om Zijn dienstknechten de dingen te tonen, die weldra geschieden moeten; en die Hij door het zenden van Zijn engel bekend heeft gemaakt aan Zijn dienstknecht Johannes. Zalig is hij, die de woorden voorleest van de profetie; ook zij die ze horen, en die bovendien onderhouden wat daarin geschreven staat; want de tijd is nabij! Johannes aan de zeven kerken die in Azie zijn: genade zij u en vrede van Hem, die is, en die was, en die komt; en van de Zeven Geesten voor Zijn troon." De term "die is, en die was, en die komt" is onderstreept omdat een gelijksoortige tekst ook in hoofdstuk 17 (vers 8) terugkomt. Het zijn dit soort van tekstherhalingen en tekstverwijzingen die ontzettend belangrijk zijn bij het verklaren van Openbaring! De term "zeven Geesten voor Zijn troon" verklaarden schriftgeleerden meestal als de zeven gaven van de Heilige Geest. Volgens mij heeft de Heilige Geest negen gaven en het is daarom aannemelijker dat het zeven engelen met hun ruimteschepen en apparatuur zijn. Vers 7 gaat verder met: "Zie, Hij komt met de wolken; en alle ogen zullen Hem zien, zelfs zij die Hem doorstoken hebben; en alle geslachten van de aarde zullen zich op de borst kloppen om Hem; ja Amen! Ik ben de Alfa en de Omega, het Begin en het Einde, zegt de Here, die is, en die was, en die komt: de Almachtige." Jezus verschijnt aan Johannes op Patmos rond het jaar 90. Patmos is een eiland in de Egeische Zee en ligt tussen Griekenland en Turkije. Vers l0: "En ik (Johannes) was in de geest op de dag van de Here; en ik hoorde achter mij een krachtige stem, als van een bazuin. Deze sprak: Schrijf hetgeen u ziet in een boek, en zend het aan de zeven kerken (of gemeenten) die in Azie zijn: Efeze, Smyrna, Pergamus, Thyatire, Sardis, Filadelfia en Laodicea. En ik keerde mij om om de stem te zien die met mij gesproken had; en mij omgekeerd hebbende, zag ik zeven gouden kandelaren. En in het midden van de zeven kandelaren was iemand die gelijk was aan de Zoon van de mensen, bekleed met een lang kleed tot de voeten, en omgord aan de borsten (?) met een gouden gordel. Zijn hoofd en haren waren wit als witte wol en sneeuw; Zijn ogen waren als een vuurvlam, en Zijn voeten leken blinkend koper, in de oven gegloeid; Zijn stem was als het geruis van vele wateren. In Zijn rechterhand had Hij zeven sterren en uit Zijn mond ging een scherp tweesnijdend zwaard. Zijn aanblik was schitterend, als de zon in haar kracht. Toen ik Hem zag, viel ik als dood aan Zijn voeten." Het "in de geest zijn" van Johannes kan zowel een ruimteschip als een visioen zijn. Het "geruis van vele wateren" is het geluid dat vliegende schotels maken. De stem van Jezus viel samen met dat geluid en de vermoedelijke hologram. Vers 20 gaat verder met: "Dit is het geheim van de zeven sterren, die u op Mijn rechterhand hebt gezien, en van de zeven gouden kandelaren. De zeven sterren zijn de engelen van de zeven Gemeenten (kerken); en de zeven kandelaren, die u hebt gezien, zijn de zeven Gemeenten." Het is vreemd en opvallend dat elke Gemeente zijn eigen engel heeft. Hebben we hier te maken met gewone menselijke kerkleiders of met buitenaardsen of engelen en hun technologie?

Hoofdstuk 2: In dit hoofdstuk staan de brieven die gericht waren (of zijn?) aan de Gemeenten van Efeze (Efese), Smyrna, Pergamus en Thyatire (Tyatira). Deze brieven moeten we zien als dictaten die rechtstreeks afkomstig zijn van Jezus. De eerste christelijke gemeenten lagen rond de Middellandse Zee, en meer in het bijzonder aan de Egeische Zee in Turkije. Het is opvallend dat we, op dit moment in de tijd, het percentage christenen in Turkije achter de komma moeten zoeken. De oerkerken van het christendom stellen nu niets meer voor. Uit de brieven die zijn gericht aan deze zeven kerken bleek ook al dat ze er weinig of niets van hadden begrepen. In vers 5 van de brief aan Efeze staat: "Bekeer u, en doe de werken van weleer. Zo niet, dan kom ik op u af; Ik zal uw kandelaar (=gemeente of kerk) van zijn plaats verwijderen." In de brief aan Smyrna (het huidige Izmir in Turkije) staat: "Ik ken uw verdrukking, armoede (toch bent u rijk), werken en de lastering door hen die zich Joden noemen: toch zijn ze het niet, maar een synagoge van Satan. Vrees niet voor wat u lijden moet. Zie, de duivel zal sommigen van u in de gevangenis (kerker) werpen, om u te bekoren; ook zult u verdrukking lijden tien dagen lang. Wees trouw tot in de dood, en ik zal u de kroon des levens schenken. Wie oren heeft moet luisteren naar wat de Geest zegt tot de kerken (gemeenten): Wie overwint zal door de tweede dood niet beschadigd worden." Zouden deze profetieen al hebben plaatsgevonden of slaat dit op de "eindtijd"? De "kroon des levens" kan volgens mij ook slaan op de kroon van de vrouw uit Openbaring hoofdstuk 12. De "tweede dood" lijkt een belofte van reincarnatie in te houden. Bij een "eerste dood" kan iedereen zich wel wat voorstellen. Openbaring 20: 14 geeft het antwoord: "De dood en de hel (of onderwereld) werden in de vuurpoel geworpen; de vuurpoel is de tweede dood". In de brief aan Pergamus staat: "Ik ken uw werken en weet waar u woont; daar waar de troon van Satan staat...bij u, waar Satan woont." Uit deze tekst blijkt bijna onomstotelijk dat Satan rond het jaar 90 daadwerkelijk in het huidige Turkije woonde. De "troon van Satan" is volgens mij het ruimteschip van Satan, dat toen in de omgeving van het huidige Soma en Bergama stond. Pergamus was toen de hoofdzetel van de (af-)godische keizercultus. Er stond toen een tempel ter ere van de Romeinse godin Roma en de god-keizer Augustus. Zou Augustus dan misschien toch een echt sterrenkind zijn geweest? Aan zijn regeerperiode van 44 jaar (30 v. Chr.-14 na Chr.) zou je dat niet afleiden. Het Romeinse rijk was in die tijd de grootste vijand van het christendom, en het is niet toevallig dat men als symbolen het hakenkruis en de adelaar had. Het hakenkruis of swastika vond zijn oorsprong als heilbrengend teken op Indische monumenten. Het is op z'n minst vreemd dat de kerkgenootschappen van toen niet meteen in opstand kwamen tegen de symbolen van Hitler. Vers 17 gaat verder met: "Wie overwint zal Ik van het verborgen manna te eten geven. En Ik zal hem een witte keursteen (dit was toen een vrijspraaksymbool, medaille of toegangsbewijs voor het theater) geven, en op die steen zal een nieuwe naam staan geschreven, die niemand kent dan die hem krijgt." Iedereen die naar de hemel gaat krijgt dus een nieuwe onbekende naam. Een andere verklaring van deze tekst zou kunnen zijn dat Jezus bij zijn wederkomst een onbekende naam zal hebben en incognito zal opereren. In vers 20 van de brief aan Thyatire (Tyatira) staat: "Maar ik heb enkele dingen tegen u, dat u de vrouw Jezabel (Izebel) laat begaan, die zich profetes noemt en door haar leer mijn dienstknechten verleidt, om ontucht te plegen (hoereren) en afgodenoffers te eten." Deze tekst heeft overeenkomsten met hoofdstuk 17 (over de Babylonische hoer/ vrouw). Vers 24: "Aan de anderen van Thyatire die deze leer niet aanvaarden en de diepten van $atan niet kennen, zoals men dat noemt; aan u zeg Ik: Ik leg u geen andere last op; houdt slechts vast wat u hebt, totdat Ik kom. Wie overwint en tot het einde toe mijn werken volbrengt, hem zal Ik macht over de heidenen geven; met ijzeren staf (zie hoofdstuk 12:5) zal hij ze weiden, zoals de aarden vaten worden verbrijzeld, zoals Ik die macht ook van Mijn Vader ontving. Ook zal Ik hem de morgenster (UFO of Venus?) geven." Deze tekst komt er op neer dat de "overwinnaars" samen met Jezus rechtspraak zullen uitoefenen over de "zondaars". Worden de zondaars vervolgens de slaven van Satan? De "diepten van Satan" slaat dus op de vrije handel en de afgoderij.

Hoofdstuk 3: In dit hoofdstuk staan de brieven die gericht waren aan de Gemeenten van Sardis (Sardes), Filadelfia en Laodicea (L.A. oh dice alfa). Dit hoofdstuk begint met: "Schrijf aan de engel van de Gemeente te Sardis: Dit zegt Hij, die de zeven geesten van God en de zeven sterren heeft: Ik ken uw werken; u hebt de naam dat u leeft, maar u bent dood. Word wakker en geef steun aan de rest die op het punt van sterven staat." Hier brengt Jezus een scheiding aan tussen de zeven sterren (de zeven mensen-engelen van de zeven gemeenten) en de zeven geesten (de zeven buitenaardsen-engelen en hun technologie?). Jezus had tijdens dit dictaat dus de leiding over de sterren en de geesten. We moeten bedenken dat Jezus toen een nieuw lichaam had, en de beschikking en leiding over buitenaardse technologie. Had Hij als Zoon van de President van de Intergalactische Federatie nu de leiding over Project Aarde? Vers 5 gaat verder met: "Wie overwint zal dus in witte kleren worden gehuld; zijn naam zal Ik niet uitwissen uit het boek des levens, maar zijn naam belijden voor Mijn Vader en Zijn engelen." De eerste verklaring van "het boek des levens" slaat op de verschillende mensen die naar de hemel mogen. Een tweede verklaring zou kunnen zijn dat reincarnatie op deze planeet toch bestaat. Het eindresultaat van de verschillende levens van een persoon kan misschien ook toegang veschaffen tot de hemel. Dit gaat totaal in tegen alle christelijke dogma's, alhoewel de Bijbel reincarnatie op deze planeet niet met zoveel woorden lijkt te ontkennen. De term "Mijn Vader en Zijn engelen" is slechts het zoveelste bewijs in de lange serie van God= M/V en meervoud. In vers 10 van de brief aan Filadelfia staat: "Omdat u Mijn bevel tot volharding bewaard hebt, zal Ik ook u in het uur der beroeving bewaren, dat over de hele wereld zal slaan, en hen zal beproeven, die de aarde bewonen." Het op de proef stellen van de hele wereld zal dus in een enkel uur plaatsvinden. De uitvoering van deze beproeving zullen $atan en zijn engelen vermoedelijk verzorgen. Wie wil er nou niet een mooi nieuw krachtig lichaam, deel hebben aan buitenaardse technologie en veel rijkdom? De echte christenen moeten gewoon binnenshuis wachten op hun beurt. Om de beproeving nog wat te bemoeilijken krijgt Jezus, volgens vers 12, ook nog eens een nieuwe naam: "Wie overwint zal Ik tot een zuil in het huis van Mijn God maken, en nooit zal hij er uitgaan; en Ik zal daarop schrijven de Naam van Mijn God; En de Naam van de Stad van Mijn God, van het Nieuw-Jeruzalem, dat neerdaalt van Mijn God uit de hemel; en bovendien Mijn nieuwe naam." In vers 17 van de brief aan Laodicea staat: "U zegt: Ik ben rijk, ik heb overvloed en heb behoefte aan niets; daarom beseft u ook niet dat u ellendig, erbarmelijk, arm, blind en naakt bent."

Hoofdstuk 4: Het maakt een groot verschil uit welke Bijbelvertaling we gebruiken. In tegenstelling met andere vertalingen besluit de (oudste) Statenvertaling hoofdstuk 3 met: "Die overwint, Ik zal hem geven met Mij te zitten in (i.p.v. op) Mijn troon, gelijk als Ik overwonnen heb, en ben gezeten met Mijn Vader in Zijn troon." De latere vertalers konden zich misschien niets voorstellen bij Jezus en Zijn Vader samen in een troon. Volgens mij is die troon niets anders dan het ruimteschip van God. Hoofdstuk 4 begint toch echt weer met een UFO-melding: "Na deze zag ik (Johannes), en zie, een deur was geopend in de hemel; en de eerste stem die ik gehoord had, als van een bazuin, met mij sprekende, zei: Kom hier op, en Ik zal u tonen, hetgeen na deze geschieden moet. En terstond werd ik in de geest; en zie, er was een troon gezet in de hemel, en er zat Een op de troon." Andere vertalingen hebben het over visioenen, terwijl hier volgens mij sprake is van een ruimtevaartuig met hologrammen en/ of beeldschermen. Vers 3 gaat verder met: "En Degene die op de troon zat leek op de steen jaspis en sardium; en rond de troon was een regenboog, gelijkend op smaragd. Rondom de troon waren 24 tronen; en op de tronen zag ik de 24 ouderlinqen (oudsten) zitten, bekleed met witte klederen, en zij hadden gouden kronen op hun hoofden. En van de troon gingen bliksemstralen, stemmen en donderslagen uit; en zeven vurige lampen waren brandende voor de troon, welke de zeven Geesten van God zijn. En voor de troon was een glazen zee, gelijk aan kristal. En midden in de troon en rondom de troon waren vier dieren, vol ogen van voren en van achteren." Het lijkt alsof Johannes in een vliegende schotel naar het moederschip Nieuw Jeruzalem vliegt. Eenmaal binnen in dit doorzichtige ruimteschip (zie ook hoofdstuk 21) zag hij nog eens 24 vliegende schotels en zeven lichtgevende UFO's. Natuurlijk moeten we ook de beeldspraak en symboliek niet vergeten. De "vier dieren midden in de troon en rondom de troon, vol ogen (lampen of patrijspoorten (waar buitenaardsen door keken?)) van voren en van achteren" staan volgens mij symbool voor machtsstructuren of ideologieen. De aard van de dieren kunnen we niet afleiden uit hun positie: rondom en midden in de troon van God. De ideologie van Hitler (de adelaar) kan een onderdeel van Gods plan met de wereld zijn geweest. In vers 7 krijgen we de vier dieren: "En het eerste dier was een leeuw gelijk, en het tweede dier een rund (os of kalf) gelijk, en het derde dier had het (aan-)gezicht als een mens, en het vierde dier was een vliegende adelaar (arend) gelijk. En de vier dieren hadden elk voor zich zes vleugels en waren rondom en van binnen vol ogen en zij hadden dag noch nacht rust, zeggende: Heilig, heilig, heilig, heilig is de Here God, de Almachtige, die was en die is en die komt. En toen de dieren roem, en eer en dank hadden gebracht aan Hem, die op de troon is gezeten: de Levende in de eeuwen der eeuwen: vielen de 24 oudsten (ouderlingen) neer voor Hem, die op de troon zat, aanbaden de Levende in de eeuwen der eeuwen, legden hun kroon neer voor de troon en riepen: Waardig zijt Gij, onze Here, onze God, de roem en de eer en de macht te ontvangen. Want Gij hebt alle wezens geschapen, door uw Wil bestaan ze, en zijn ze geschapen." De term 24 oudsten heeft een dubbele betekenis: het zijn de 12 stamvaders of Israels zonen (zie hoofdstuk 7) en de 12 apostelen van Jezus, of het zijn de 12 apostelen van vroeger en 12 nieuwe hedendaagse apostelen. De term "Gij hebt alle wezens geschapen" lijkt een bevestiging van mijn vermoeden dat de vier dieren lessen of leerprocessen voor de mensheid zijn. We dienen te beseffen dat elk woord in Openbaring een zinvolle betekenis heeft. De vier dieren hadden zeker niet als doel om te dienen als heilige symbolen in het interieur van katholieke kerken (misschien ook wel). Er bestaat een theorie die stelt dat de vier dieren de vier evangelieschrijvers zijn.

Hoofdstuk 5: "En ik zag in de rechterhand van Hem, die op de troon zat, een boekrol, beschreven van binnen en van buiten, verzegeld met zeven zegels. En ik zag een machtige engel, die met een krachtige stem uitriep: Wie is waardig het boek te openen, en zijn zegels open te breken? En niemand in de hemel, noch op de aarde, noch onder de aarde, kon het boek openen of het inzien. En ik weende zeer, dat niemand waardig gevonden was om dat boek te openen en te lezen, noch het in te zien. En een van de ouderlingen (oudsten) zei tegen mij: Ween niet; zie, de Leeuw, Die uit de stam van Juda is, de Wortel Davids, heeft overwonnen om het boek te openen, en zijn zeven zegelen open te breken. En ik zag in het midden van de troon en van de vier dieren en te midden van de ouderlingen een Lam staan, als geslacht (?), met zeven horens en zeven ogen; dit zijn de zeven geesten van God, die uitgezonden zijn in alle landen. En Het kwam en heeft het boek aangenomen uit de rechterhand van Hem die op de troon zat. En toen Het de boekrol nam, wierpen de vier dieren en de 24 ouderlingen zich voor het Lam neer, hebbende elk een een citer en gouden schalen, vol reukwerk; dit zijn de gebeden van de heiligen." Het is duidelijk dat de Leeuw, het Lam en de Wortel Davids staan voor Jezus. Er valt iets voor te zeggen dat de Leeuw (het Jodendom) het Lam (Jezus) heeft opgevreten. De citer en gouden schalen vol reukwerk zijn de gebeden van de heiligen. Hieruit kunnen we misschien opmaken dat de 12 hedendaagse apostelen citers en elektrische gitaren bespelen. Het zou een enorme stunt zijn als iedereen die laatste 12 apostelen niet als zodanig zou (h)erkennen. De teksten van de "heilige" gitaren offerende Jimi Hendrix zitten behoorlijk intelligent in elkaar!

Hoofdstuk 6: In dit hoofdstuk vinden we de opening van de eerste zes zegels. De opening van het zevende zegel komt pas in hoofdstuk acht aan de beurt. Het is belangrijk om hoofdstuk "sicks" langzaam en aandachtig te lezen! "En ik zag, toen het Lam een van de zegels geopend had, en ik hoorde een uit de vier dieren zeggen, als de stem van een donderslag: Kom en zie! En ik zag, en zie, een wit paard, en die daarop zat had een boog; en Hem is een kroon gegeven, en Hij ging uit overwinnende, en opdat Hij overwonne! En toen Het het tweede zegel geopend had, hoorde ik het tweede dier (=rund, os of kalf) zeggen: Kom en zie! En een ander paard ging uit, dat rood was; en die daarop zat werd macht gegeven de vrede te nemen van de aarde; en dat zij elkaar zouden doden; en hem werd een groot zwaard gegeven. En toen Het het derde zegel geopend had, hoorde ik het derde dier (als een mens) zeggen: Kom en zie! En ik zag, en zie, een zwart paard, en die daarop zat had een weegschaal in zijn hand. En ik hoorde een stem in het midden van de vier dieren die zei: Een maatje tarwe voor een penning, en drie maatjes gerst voor een penning; en beschadig de olie en de wijn niet. En toen Het het vierde zegel geopend had, hoorde ik een stem van het vierde dier (adelaar) die zei: Kom en zie! En ik zag en zie, een vaal paard, en die daarop zat, zijn naam was de dood; en de hel (onderwereld of dodenrijk) kwam achter hem aan. En hun werd macht gegeven om te doden tot het vierde deel der aarde, met zwaard, en met honger, en met de dood, en door de wilde beesten van de aarde. En toen Het het vijfde zegel geopend had, zag ik onder het altaar de zielen van degenen die gedood waren om het Woord van God, en om de getuigenis die zij hadden. En zij riepen met luide stem en zeiden: Tot hoelang, o heilige en waarachtige Heerser, oordeelt en wreekt Gij ons bloed niet aan hen, die op de aarde wonen? En aan elk van hen werd een wit gewaad gegeven, en hun werd gezegd dat zij nog een korte tijd moesten rusten, totdat ook het getal vol zou zijn van hun mededienstknechten en hun broeders, die gedood zouden worden evenals zij. En ik zag toen Het het zesde zegel geopend had, en zie, en daar geschiedde een grote aardbeving; en de zon werd zwart als een haren zak, en de maan werd als bloed. En de sterren van de hemel vielen op aarde, zoals een vijgeboom zijn onrijpe vijgen afwerpt, als hij door een harde wind geschud wordt. En de hemel week terug als een boekrol, die wordt opgerold, en alle bergen en eilanden werden van hun plaats gerukt. En de koningen van de aarde en de groten en de rijken en de oversten over duizend en de machtigen en alle dienstknechten (slaven) en alle vrijen verborgen zichzelf in de spelonken en in de steenrotsen van de bergen; en zij zeiden tot de bergen en tot de rotsen: Val op ons en verberg ons voor het aangezicht van Hem, die gezeten is op de troon, en voor de toorn van het Lam; want de grote dag van hun toorn is gekomen en wie kan bestaan?" Het Lam opende de eerste zes zegels en de vier dieren zeiden "Kom en zie!" bij de eerste vier zegels. De vier dieren wisselen elkaar in de juiste volgorde af. Het eerste dier is waarschijnlijk de Leeuw ("een uit de vier dieren") en riep Jezus op om op zijn witte paard ten strijde te trekken. In zijn hand had Jezus een boog en het is waarschijlijk dat deze boog de regenboog uit Genesis (9:14) is. Het tweede dier of de os riep op om naar het rode paard en zijn berijder te kijken. Het werd de berijder gegeven om de vrede weg te nemen met zijn grote zwaard. Volgens mij staat die berijder voor Karl Marx en zijn klassenstrijd (of de Koran). Deze klassenstrijd was (en is) de wil van God en er valt veel voor te zeggen dat de ideologie van Jezus gelijk was aan die van Marx. Het belangrijkste verschil is natuurlijk het pacifisme of de liefde van Jezus. In I Timoteus 5: 17 staat over de os: "Een dorsende os zult u niet muilbanden en de werkman is zijn loon waard" Het derde dier of het dier als een mens riep op om naar het zwarte paard en zijn berijder te kijken. De berijder had een weegschaal in zijn hand. Volgens mij staat die berijder voor de afschaffing van de slavernij en het racisme. Misschien is het leuk om Martin Luther King tot deze ruiter te bombarderen. Die weegschaal staat volgens mij voor de eerlijke vrije handel. Het belangrijkste verschil is hier natuurlijk dat de geboden van Jezus over egoisme en materialisme over het hoofd worden gezien. Ondanks het feit dat King stond voor rassengelijkheid was hij zeker geen goede communist. Het vierde dier of de adelaar riep op om naar het vale paard en zijn berijder te kijken. De berijder is gelijk aan de dood en is in staat om iedereen de hel in te sleuren. Zijn zwaard is goed voor de hongerdood en allerlei plagen. Het is duidelijk dat we hier te maken hebben met de leer van $atan: lang leve de ongelijkheid, rijkdom, macht en onderdrukking. Op dit moment bevinden we ons in het vijfde zegel: "O heilige en waarachtige Heerser, hoe lang moeten wij nog wachten op Uw wraak en Uw oordeel?" De vrije handel heeft het gewonnen van het communisme, en het wachten is nu op de dictatuur van het proletariaat van God! Het zesde zegel is de aankondiging van een UFO-invasie of de dag des oordeels. De "zon werd zwart als een haren zak" staat volgens mij voor een totale zonsverduistering. De "maan werd rood als bloed" is in dat verband dan ook niet zo vreemd. De grote vraag bij een tijdsbepaling van de dag des oordeels is natuurlijk waar die zonsverduistering zal plaatsvinden. In 1999 is er van Europa tot Klein-Azie een totale zonsverduistering. Op 11 juli 1991 bleef de zonsverduistering van Mexico ook niet helemaal zonder gevolgen. De term "de sterren van de hemel vielen op de aarde" kunnen we vertalen met de gegevens uit hoofdstuk 1 van Openbaring (vers 20): "de engelen van de hemel vielen (of daalden neer) op de aarde".

Hoofdstuk 7: Dit hoofdstuk speelt zich af in de periode van het zesde zegel of de periode dat buitenaardse wezens (engelen) op aarde zijn. "Daarna zag ik vier engelen staan aan de vier hoeken van de aarde, die de vier winden van de aarde vasthielden, opdat er geen wind zou waaien over de aarde, of over de zee of over enige boom. En ik zag een andere engel opkomen van de opgang der zon (het oosten?), hebbende het zegel van de levende God; en hij riep met luide stem tot de vier engelen, aan wie het gegeven was om aan de aarde en de zee schade toe te brengen, en hij zei: Breng geen schade toe aan de aarde, noch aan de zee, noch aan de bomen, voordat wij de knechten van onze God aan hun hoofd verzegeld hebben. En ik hoorde het getal van hen, die verzegeld waren: 144000 waren verzegeld uit alle stammen van de kinderen van Israel. Uit het geslacht van Juda waren 12000 verzegeld;...evenals de stammen van: Ruben, Gad, Aser, Nafthali, Manasse, Simeon, Levi, Issaschar, Zebulon, Jozef (de vizier of plaatsvervangende farao van Egypte) en Benjamin (de lieveling van Israel)." Volgens mij slaat het "aan hun voorhoofd verzegeld" op de inplantatie van een microchip onder de huid of in de hersenen. Het aantal verzegelden is naar huidige maatstaven natuurlijk ontzettend klein. Door het woordje "wij" kunnen we aannemen dat de vijf tot dusver voorkomende engelen van God zijn. Vers 9 gaat verder met: "Daarna zag ik, en zie, een grote schare (overgrote menigte) die niemand tellen kon, uit alle landen, geslachten, volken en talen stonden voor de troon en voor het Lam, bekleed met witte gewaden en met palmtakken in hun handen. En zij riepen met luide stem en zeiden: De zaligheid is van onze God, die op de troon zit en van het Lam. En al de engelen stonden rondom de troon en rondom de ouderlingen (oudsten) en de vier dieren, en zij wierpen zich op hun aangezicht voor de troon en aanbaden God...En een van de ouderlingen antwoordde en zei tot mij: Wie zijn degenen die bekleed zijn met de witte gewaden en waar komen zij vandaan? En ik sprak tot hem: Mijn heer, u weet het. En hij zei tegen mij: Dezen zijn het die uit de grote verdrukking komen; en zij hebben hun lange klederen gewassen, en hebben hun lange klederen wit gemaakt in het bloed van het Lam. Daarom zijn zij voor de troon van God en dienen Hem dag en nacht in Zijn tempel; en die op de troon zit zal hen overschaduwen. Zij zullen niet meer hongeren en niet meer dorsten, ook zal de zon op hen niet vallen, noch enige hitte. Want het Lam dat in het midden van de troon is zal hen weiden, en zal hun een Leidsman zijn naar de levende fonteinen van de wateren; en God zal alle tranen van hun ogen afwissen." Vermoedelijk is de "grote schare uit alle landen, geslachten, volken en talen" dezelfde menigte als "al de engelen die rondom de troon stonden". Hieruit blijkt dat er geen verschil meer is tussen de buitenaardsen of engelen en aardse mensen. De term "de zon zal op hen niet vallen" lijkt een verwijzing naar de Vrouw van Openbaring 12 (vers 1).

Hoofdstuk 8: "En toen het Lam het zevende zegel opende, kwam er een stilte in de hemel, ongeveer een half uur lang. En ik zag de zeven engelen die voor God staan, en hun werden zeven bazuinen gegeven. Er kwam een andere engel die met een gouden wierookvat bij het altaar ging staan, en veel wierook werd hem gegeven, om dit met de gebeden van al de heiligen neer te leggen op het gouden altaar voor de troon. En de walm van de wierook met de gebeden van de heiligen steeg op uit de hand van de engel voor het aanschijn van God. De engel nam de wierookpan, vulde ze met het vuur van het altaar, en wierp het op de aarde. En er kwamen stemmen, donderslagen, bliksem en aardbeving." Het is opmerkelijk dat de "gebeden van de heiligen op het altaar lagen en opstegen voor het aanschijn van God"; en het lijkt alsof de gebeden geluidsopnames waren die werden geteleporteerd of gewoon via een radiosignaal (telepathie?) bij God kwamen. De tekst "er kwamen stemmen" is alleen terug te vinden in de Statenvertaling. Zou het om een massale telepathieboodschap gaan? Vers 6 gaat verder met: "Toen maakten ook de zeven engelen met de zeven bazuinen zich gereed om te blazen. De eerste blies: Hagel en vuur braken los, met bloed gemengd, en ze werden op aarde geworpen. En het derde deel van de aarde verbrandde, en al het groene gras werd verbrand. En de tweede engel blies: En er werd iets als een grote berg (UFO? (uit Bergama?)) van vuur brandende, in de zee geworpen; en het derde deel van de zee is bloed geworden. En het derde deel van de schepsels in de zee die leven hadden is gestorven; en het derde deel van de schepen is vergaan. En de derde engel blies: Een grote ster (=engel?) viel neer uit de hemel, brandend als een fakkel, en is gevallen op het derde deel van de rivieren en op de fonteinen van de wateren (waterbronnen). En de naam van de ster wordt genoemd Alsem (Al-Sem (Ja Ze?)); en het derde deel van de wateren werd alsem; en vele mensen zijn gestorven van de wateren, want zij waren bitter geworden. En de vierde engel blies: Het derde deel van de zon werd getroffen, het derde deel van de maan, en het derde deel van de sterren. Zo werd hun derde deel verduisterd, en dat het derde deel van de dag niet zou lichten, en evenmin de nacht. En ik zag en hoorde een adelaar (engel) vliegen in het midden van de hemel, die met luide stem zei: Wee, wee, wee hun, die op de aarde wonen, om de laatste stoten van de bazuin van de drie engelen die nu gaan blazen." Het is onduidelijk of deze engelen of sterren van Satan of van God zijn. Het feit dat ze voor God staan wil natuurlijk nog niets zeggen over hun aard: Satan stond in Job tenslotte ook gewoon voor God. Het is duidelijk dat hier sprake is van een grootschalige buitenaardse aanval op de aarde. De vierde engel lijkt ook weer een verwijzing naar de Vrouw uit hoofdstuk 12, omdat ook hier weer sprake is van de combinatie zon, maan en sterren. Een andere conclusie die we uit dit hoofdstuk kunnen trekken is de verwoesting van een derde deel van de aarde. Opmerkelijk is dat de sterren (of engelen) voor een derde deel minder licht gaan geven. Moeten we hieruit afleiden dat een derde deel van de engelen even non-actief zal zijn of gaan ze tijdelijk dood?

Hoofdstuk 9: "De vijfde engel blies: Toen zag ik een ster (=engel), die uit de hemel op aarde was neergevallen; en haar werd gegeven de sleutel van de put van de afgrond. Ze opende de put van de afgrond; en er steeg rook op uit de put als de rook van een geweldige oven; de zon en de lucht werden verduisterd door de rook uit de put. En uit de rook kwamen sprinkhanen op de aarde, en hun werd machtgegeven zoals de schorpioenen van de aarde macht hebben. En hun werd gezegd dat zij het gras van de aarde niet mochten beschadigen, noch enige groente, noch enige boom, maar alleen de mensen die het zegel van God niet aan hun voorhoofden hebben. En hun werd macht gegeven, niet dat zij hen zouden doden, maar dat zij door hen gepijnigd zouden worden gedurende vijf maanden; en hun pijniging was als de pijniging van een schorpioen wanneer hij een mens gestoken heeft. En in die dagen zullen de mensen de dood zoeken, en zullen die niet vinden; en zij zullen begeren te sterven, en de dood zal van hen vlieden." Ook de ster (of engel) van de vijfde engel lijkt weer op de Vrouw uit hoofdstuk 12. Deze ster is door de "sleutel van de put van de afgrond" zonder meer een engel van Satan. De term "geweldige oven" staat, zoals we in het Oude Testament tegenkwamen, voor een ruimteschip of vliegende schotel. De sprinkhanen zijn een buitenaards ras en lijken nogal op bidsprinkhanen (zie Ontvoeringen door buitenaardsen). Op dit moment zijn de nog in leven zijnde mensen onsterfelijk (?). "En de gedaanten van de sprinkhanen leken op paarden, toegerust tot de strijd. Op hun koppen waren als kronen, als van goud, en hun aangezichten waren als aangezichten van mensen. En hun haar was als haar van vrouwen, en hun tanden waren als tanden van leeuwen. En zij hadden borstharnassen als ijzeren borstharnassen; en het gedruis van hun was als het gedruis van wagens, wanneer vele paarden naar de strijd lopen. En zij hadden staarten als schorpioenen, en er waren angels (engelen in het Engels) in hun staarten; en hun macht was om de mensen te beschadigen gedurende vijf maanden. En zij hadden over zich als koning de engel van de afgrond; zijn naam was in het Hebreeuws Abaddon, en in het Grieks had hij de naam Appollyon. Het ene wee is weggegaan, zie, er komen nog twee weeen na deze. De zesde engel blies: En ik hoorde een stem uit de vier hoornen van het gouden altaar, dat voor God was. Ze riep tot de zesde engel met de bazuin: Ontbind de vier engelen die gebonden zijn bij de grote rivier de Eufraat. En de vier engelen werden ontbonden, welke bereid waren op het uur van de dag, de maand en het jaar, om het derde deel van de mensen te doden. Ik hoorde hun getal: Het getal van de bereden strijdkrachten was twintigduizend maal tienduizend (=200 miljoen). Zo zag ik in het visioen (gezicht) de paarden en hun berijders: ze droegen harnassen, vuurrood, paars, zwavelgrauw; de koppen van de paarden waren als koppen van leeuwen, en uit hun monden ging (kwam) vuur, rook en zwavel." De "sprinkhanen leken op (de) paarden"(van hoofdstuk 6) en hadden als koning "de engel van de afgrond". Er zitten ook elementen in van de vier paarden uit hoofdstuk 6: het (vuur-) rode paard, het (zwavelgrauwe) vale paard, het dier als een mens (zwarte paard) en heel opmerkelijk zijn ook de elementen van de leeuw (van Juda). Geen van deze dieren is echt in overeenstemming met de leer van Jezus, en ook de leeuw van Juda dient zich te onderwerpen aan de vervolmaakte wet van Jezus! De belangrijkste les uit dit hoofdstuk is die van het pacifisme. Verder komt in dit hoofdstuk twee keer de tijdsduur van vijf maanden voor. De vertaling van de woorden Abaddon en Apollyon (Apollo?) is "Verderver", en de vier dieren uit hoofdstuk 4 zijn verdorven door hun strijdlustige karakter! Deze inzichten gaan lijnrecht in tegen die van de traditionele kerken. Alleen het witte (offer-) Lam zal uiteindelijk overwinnen. De "vier engelen die gebonden zijn bij de Eufraat" slaat op de verdorven stad Babylon uit hoofdstuk 17. Het oude Babylon lag namelijk aan de Eufraat en de vier engelen van Satan waren daar "gebonden". Vers 18 gaat verder met: "Door deze drie plagen werd het derde deel van de mensen gedood, namelijk door het vuur, de rook en de zwavel uit hun monden. Want hun macht is in hun mond en in hun staarten; want hun staarten zijn aan de slangen en hebben hoofden (koppen), ook hiermee beschadigen ze. En de overige mensen die niet gedood zijn door deze plagen hebben zich niet bekeerd van het werk van hun handen, dat zij niet zouden aanbidden de duivels; en de gouden, en zilveren, en koperen, en stenen, en houten afgoden, die noch zien kunnen, noch horen, noch wandelen; ze bekeerden zich ook niet van hun moorden, hun toverij, hun ontucht en diefstal." De zevende engel komt pas in hoofdstuk 11 aan de beurt om te blazen. Zelfs de staarten van de paarden "zijn aan de slangen (het symbool van Satan) gelijk"

Hoofdstuk 10: "En ik zag een andere machtige engel nederdalen uit de hemel, beleed met een wolk, en een regenboog was boven zijn hoofd, zijn aangezicht en zijn voeten waren als pilaren van vuur. En hij had een boekje in zijn hand dat geopend was. Op de zee zette hij zijn rechtervoet, zijn linker op het land. En hij riep met een luide stem, zoals een leeuw brult, en toen hij geroepen had spraken de zeven donderslagen hun stemmen. En toen de zeven donderslagen gesproken hadden, wilde ik het opschrijven, maar ik hoorde een stem uit de hemel zeggen: Verzegel wat de zeven donderslagen gesproken hebben en schrijf het niet op. En de engel die ik zag staan op de zee en op de aarde, hief zijn rechterhand op naar de hemel en zwoer bij Hem, die leeft in alle eeuwigheid, die de hemel heeft geschapen en hetgeen daarin is, en de aarde en hetgeen daarin is, en de zee en hetgeen daarin is, dat er geen tijd meer zal zijn (uitstel), maar in de dagen van de stem van de zevende engel, wanneer hij bazuizen zal, is ook voleindigd het mysterie (verborgenheid of geheimenis) van God, zoals Hij dit heeft verkondigd aan de profeten, zijn dienstknechten. En de stem die ik gehoord had uit de hemel sprak weer met mij en zei: Ga heen, neem het boekje dat geopend in de hand van de engel is, die op de zee en op de aarde staat. En ik ging heen naar de engel en vroeg hem, mij het boekje te geven. En hij zei tegen mij: Neem het boekje en eet het op; voor uw buik zal het bitter zijn, maar in uw mond zal het zoet zijn als honing. En ik nam het boekje uit de hand van de engel en at het op; en het was in mijn mond zoet als honing, en toen ik het gegeten had werd mijn buik bitter. En hij zei tegen mij: U moet opnieuw gaan profeteren over volken, naties (landen) en talen, en over talrijke koningen." De nederdalende engel komt ook hier weer met een ruimteschip naar beneden. Door de regenboog weten we dat het een engel van God is. De "zuilen van vuur" doen weer denken aan lichtstralen die uit de onderkant van een vliegende schotel komen. Dat deze vuurzuilen een allesvernietegende werking kunnen hebben lazen we al in het vorige hoofdstuk. Johannes mocht vermoedelijk wel kennis nemen van de inhoud van het boekje, maar het niet openbaar maken in zijn Openbaring. In het boekje stond "het mysterie" of het geheim van God. Het leuke is dat de meeste christenen en schriftgeleerden het geheim van God (=M/V en meervoud) toch niet willen, kunnen of mogen aannemen! Het is belangrijk om de humor van het een en ander in te zien. Heilig, heilig, heilig! De "zeven donders of donderslagen (UFO's?)" vertelden ook iets wat wij niet mogen weten van de engel als een Leeuw. Het boekje dat "bitter werd" in de buik van Johannes is weer een verwijzing naar het Alsem. Het "opnieuw gaan profeteren" van Johannes slaat op het restant van Openbaring. Het betere Armagedonder-werk kan beginnen!

Hoofdstuk 11: "En mij werd een rietstok gegeven, een meetroede gelijk; en de engel stond op en zei: Sta op, en meet de tempel van God, en deGenen die daar aanbidden. En sluit het vorhof uit dat buiten de tempel is, en meet dat niet, want het is de heidenen gegeven; en zij zullen de heilige stad twee en veertig maanden onder de voet lopen. En Ik zal mijn twee getuigen macht geven, en zij zullen duizend tweehonderd zestig dagen profeteren, met zakken bekleed. Dit zijn de twee olijfbomen (O lijf-bomen), en de twee kandelaren (=Gemeenten of kerken) die voor de God van de aarde staan. En als iemand die wil beschadigen dan zal een vuur uit hun mond uitgaan, en zal hun vijanden verslinden; en als iemand hen wil beschadigen, die moet dus zelf worden gedood. Ze hebben de macht om de hemel te sluiten, zodat geen regen regent in de dagen van hun profetering. En zij hebben macht over de wateren, om die in bloed te veranderen, en de aarde te slaan met allerlei plagen, zo vaak als zij willen. En als zij hun getuigenis hebben beeindigd, dan zal het beest dat uit de afgrond opkomt oorlog met hen voeren, en het zal hen overwinnen en doden. En hun dode lichamen zullen liggen op de straat van de grote stad, die geestelijk genoemd wordt Sodom(a) en Egypte, alwaar ook onze Heer gekruisigd werd. En de mensen uit de volken, geslachten, talen en landen zullen hun dode lichamen drie dagen en een halve zien, en zij zullen niet toelaten dat hun dode lichamen in graven gelegd worden. En die op de aarde wonen zullen verblijd zijn over hen en verheugd zijn, en zij zullen elkaar geschenken sturen; omdat deze twee profeten degenen die op de aarde wonen gepijnigd hadden. En na drie dagen en een halve is een geest van leven uit God in hen gegaan; en zij stonden op hun voeten; en grote vrees viel op degenen die hen aanschouwden. En zij hoorden een luide stem uit de hemel die tot hen zei: Kom hier naar boven. En zij voeren op naar de hemel in de wolk, en hun vijanden keken naar hen. En in hetzelfde uur barstte een grote aardbeving los en een tiende deel van de stad stortte in, en er zijn in de aardbeving zeven duizend namen van mensen gedood, en de overigen werden zeer bevreesd en gaven de God van de hemel eer. Het tweede wee is weggegaan; zie, het derde wee komt snel." Het "meet de tempel van God en het altaar en degenen die daarin aanbidden" is een verwijzing naar hoofdstuk 16 over het nederdalende Nieuw-Jeruzalem. Uit de plattegrond van het Nieuw-Jeruzalem kunnen we opmaken dat de tempel 3999,49778 stadien (bijna 740 kilometer) breed is. Onze Heer werd gekruisigd in Jeruzalem of "het geestelijk Sodom en Egypte" en is dus niet gelijk aan het Nieuw-Jeruzalem. De "twee olijfbomen" zijn de twee Geesten van God die boven de kandelaren of Gemeenten staan (zie Zacharia 4: 2-6). Zijn dit misschien ook de bomen des levens en die van de kennis van goed en kwaad uit Genesis? In de traditionele uitleg zijn de "twee getuigen" Mozes en Elia; en ik vraag mij af of Mozes, gezien zijn vreemde Egyptische achtergrond, de boom van de kennis van goed en kwaad is. Elia is in dat geval de boom des levens "die voor de God van de aarde staat". Mozes en Elia zullen in ieder geval ooit eens op de aarde lopen met allesvernietigende wapens. De kans is wel heel erg groot dat ze andere namen zullen dragen. De gedachte aan reincarnatie komt hier toch weer boven drijven. Het "beest uit de afgrond" is vermoedelijk het vale paard, de Egyptische goden of Satan en zijn engelen. Het "eerste wee" waren de sprinkhanen-duivels en het "tweede wee" waren de twee getuigen (olijfbomen of Geesten en kandelaren of Gemeenten). De totale tijdsduur van het tweede wee is onduidelijk: 42 maanden of 1260 dagen zijn gelijk aan 3,5 jaar. Het Hebreeuwse jaar had 360 dagen, en de twee periodes bij elkaar zijn 7 jaar min 10 dagen. Het eerste wee van 5 maanden en het tweede wee van 7 jaar is bij elkaar 7 jaar en vijf maanden. Vers 15 gaat verder met: "En de zevende engel blies, en er kwamen luide stemmen in de hemel, zeggende: De koninkrijken van de aarde zijn van onze Heer en van zijn Christus, en Hij zal als Koning heersen in alle eeuwigheid. En de vierentwintig ouderlingen die voor God op hun tronen zitten, vielen neer op hun gezichten en aanbaden God, zeggende: Wij danken U Here God almachtig, die is en die was en die komen zal, dat U Uw grote kracht hebt aangenomen en als koning hebt geheerst; en de volkeren waren toornig geworden, en Uw toorn is gekomen, en de tijd van de doden om geoordeeld te worden, en om het loon te geven aan Uw dienstknechten, de profeten, de heiligen en degenen die Uw naam vrezen, de kleinen en de groten; en om degenen te verderven die de aarde verdierven. En de tempel van God in de hemel ging open, en in zijn tempel is de ark van Zijn verbond gezien; en er kwamen bliksems, stemmen, donderslagen, aardbeving en grote hagel." De "zevende engel" is het vervolg van de zesde engel uit hoofdstuk 9, en het is "in de dagen van de zevende engel" dat het geheim van God (hoofdstuk l0) geheel voltooid zal zijn. Is dit geheim van God dat Zijn "tempel in de hemel openging" en dat die tempel een ruimteschip is?

Hoofdstuk 12: "En er werd een groot teken in de hemel gezien; namelijk een vrouw, bekleed met de zon en de maan was onder haar voeten, en op haar hoofd een kroon (krans) van twaalf sterren. (Gen. 37:9) En zij was zwanger en riep, barensnood hebbende, en met pijn om te baren (weeen). En er werd een ander teken gezien in de hemel; en zie, er was een grote rode draak met zeven hoofden en tien horens, en op zijn koppen zeven koninklijke hoeden (kronen). En zijn staart trok het derde deel van de sterren van de hemel, en wierp die op de aarde. En de draak stond voor de vrouw die baren zou, zodat hij haar kind kon verslinden wanneer zij het gebaard zou hebben. En zij baarde een mannelijke zoon die al de heidenen zou hoeden met een ijzeren roede (staf); en haar kind werd weggerukt naar God en Zijn troon. En de vrouw vluchtte in de woestijn, alwaar zij een plaats had, door God bereid, opdat zij haar daar zouden voeden duizend tweehonderd zestig dagen." In de traditionele uitleg staat deze vrouw (met een kleine v) voor de ware kerk of Maria die Jezus baarde. Volgens mij kan deze vrouw ook staan voor Isis of de koningin des hemels, omdat ze in hoofdstuk 17 op, en niet voor, het beest zit. Door de herhalende teksten uit hoofdstuk 12 en 17 geloof ik dat het dezelfde vrouw is. Het "bekleed met de zon" lijkt ook een verwijzing naar de Egyptische zonnegod Aton, Atoem-Ra, Amon of Ra. Verder kan de zon staan voor een lichtgevend ruimteschip of de zonsverduistering uit hoofdstuk 6. Volgens mij is de vrouw ook de Alsem-ster (=engel) uit hoofdstuk 9, omdat die vrouwelijk (haar en ze) is. Indien we het gegeven van Pa na Ma aanhouden dan kan het kind natuurlijk ook voor Jezus staan. Het kan echter ook Horus of de zoon van Isis zijn, omdat die werd afgebeeld met een ijzeren (of "goddelijk metalen") staf. Het is opvallend dat de Egyptenaren dachten dat hun overleden farao's sterren (=engelen) werden. De "maan was onder haar voeten" moet, net als alle teksten uit Openbaring, een specifieke betekenis hebben; de vrouw was kennelijk niet verantwoordelijk voor het rood worden van de (halve? (denk, denk)) maan. De "kroon van twaalf sterren (=engelen)" kan staan voor: de Majestic 12, de twaalf stamvaders van Israel, de twaalf apostelen van Jezus of de laatste twaalf goddelijke of duivelse apostelen. Indien die Majestic 12 echt bestaan, dan valt aan te nemen dat ze die naam kregen van "buitenaardsen" of engelen. Deze "vrouw" zal de aarde met haar weeen (zie hoofdstuk 9) slaan. Er staat niet voor niets "grote rode draak" i.p.v. Satan; vermoedelijk staat dit beest voor een aardse ideologie of religie. Vergeet niet dat de wereldbewoners ook het nodige aan "hemelse wapens" bezitten, zoals atoombommen, kruisraketten en Star Wars/S.D.I. Als we terugdenken aan de "crashes" van Roswell, Aztec en Phoenix, dan vielen deze samen met de eerste proeven met atoombommen in de aardse ionosfeer (luchtlaag boven de stratosfeer) uit 1947! In hoofdstuk 17 staat dat de "zeven hoofden" staan voor zeven bergen, en dat de vrouw de draak heeft overwonnen en erop is gaan zitten. De "staart van de draak" bracht of schoot vier van de twaalf sterren (=engelen) op aarde; ook hier moet het woord staart een betekenis hebben. In hoofdstuk 9 staat dat de "staarten gelijk zijn aan de slangen" of Satan. De "plaats die de vrouw in de woestijn had en door God bereid was" doet mij denken aan de "vrouw in de efa" uit Zacharia 5: 5-11. Die vrouw werd gebracht "naar het land Sinear (Sin-Ear), om daar voor haar een huis te bouwen. Is dit gereed, dan zetten zij haar daar op haar plaats." Deze vrouw was de "goddeloosheid" en men zal haar "voeden 1260 dagen" Vermoedelijk is deze 3,5 jaar een overlapping van de periode uit hoofdstuk 11, en hadden de "dagen en maanden" als doel om ons hierop te wijzen. Vers 7 gaat verder met: "En er kwam een oorlog in de hemel: Michael en zijn engelen streden tegen de draak, en de draak en zijn engelen streden ook. En zij hadden de kracht niet, en hun plaats is niet meer in de hemel gevonden. En de grote draak is neergeworpen, namelijk de oude slang, welke genaamd wordt Duivel en Satan, die de hele wereld verleidt, hij is, zeg ik, geworpen op de aarde; en zijn engelen zijn met hem neergeworpen. En ik hoorde een luide stem in de hemel die zei: Nu is de zaligheid, en de kracht, en het koninkrijk geworden van onze God; en de macht van zijn Christus; want de aanklager van onze broeders, die hen dag en nacht aanklaagde voor onze God is neergeworpen. En zij hebben hem overwonnen door het bloed van het Lam, en door het woord van hun getuigenis, en zij hebben hun leven niet liefgehad tot aan de dood toe. Verheugt u daarom, u hemelen, en u die daarin woont! Wee degenen die de aarde en de zee bewonen, want de duivel is tot u gekomen, en heeft grote toorn omdat hij weet dat hij een kleine tijd heeft. En toen de draak zag dat hij op aarde geworpen was, ging hij de vrouw vervolgen die het jochie gebaard had. En aan de vrouw zijn twee vleugels van een grote arend gegeven, zodat zij in de woestijn zou vliegen, in haar plaats waar zij gevoed wordt een tijd, en tijden, en een halve tijd, buiten het zicht van de slang. En de slang wierp uit haar mond water achter de vrouw als een rivier, om haar door de rivier te laten wegvoeren. En de aarde kwam de vrouw te hulp, en de aarde opende haar mond en verzwolg de rivier, welke de draak uit zijn mond had geworpen. En de draak werd boos op de vrouw, en ging weg om oorlog te voeren tegen de overigen van haar zaad, die de geboden van God bewaren, en de getuigenis van Jezus Christus hebben. En ik stond op het zand van de zee." De "draak en zijn engelen" hadden de kracht niet om het op te nemen tegen Michael en zijn engelen. De "draak werd niet meer in de hemel gevonden" kan alleen betekenen dat de draak een aardse ideologie is. De tekst "de grote draak welke genoemd wordt Satan" wil nog niet zeggen dat de draak en Satan identiek aan elkaar zijn. Satan is op dit moment zeker niet verslagen omdat "de Duivel tot u is gekomen" en "wee degenen die de aarde en de zee bewonen". Project Aarde is echt geen grootschalige intergalactische oorlog waard, en we moeten die oorlog plaatsen in een soort van koude oorlogssituatie. Ik durf zelfs te stellen dat die zogenaamde strijd tussen God en Satan afgesproken werk is. Het "jochie" (manneke of mannelijke kind) staat vermoedelijk niet voor Jezus omdat die met Zoon, met een hoofdletter, beschreven dient te worden. Volgens mij staat het jochie dan ook voor meneer 666 uit hoofdstuk 13: 18! De "vrouw" doet mij door het "buiten het zicht van de slang" en de "draak werd boos op de vrouw" denken aan een overloopster in een koude oorlog (zie Judas vers 6). Volgens mij staat die "rivier" voor de Eufraat en het daar gelegen Babylon of grote hoerenstad. Toch valt niet te ontkennen dat de "vrouw" van hoofdstuk 12 misschien toch ook voor Maria of de ware kerk staat.

TERUG

1. SYNOPSIS VAN MIJN HOMEPAGES 2. CONCLUSIE VAN HET CHRONOLOGISCH OVERZICHT 3. WETENSCHAP VERSUS RELIGIE EN BOVENMENSELIJKE SPOREN 4. VERSCHILLENDE UFO-WAARNEMINGEN EN GODSWONDEREN 5. EX-STASIHOOFD SPREEKT, ONTVOERINGEN EN VEEVERMINKINGEN 6. ALLE MOGELIJKE VERKLARINGEN VOOR HET FENOMEEN UFO'S EN BUITENAARDSEN 7. ZOEKEN OP HET WWW 8. HET OUDE EGYPTE 9. HET MAZDEISME EN MIDDEN-AMERIKA 10. HET HINDOEISME, BOEDDHISME, CONFUSIANISME EN TAOISME 11. DE VERSCHILLEN TUSSEN DE BIJBEL EN DE KORAN 12. UFO'S EN BUITENAARDSEN IN DE BIJBEL: GENESIS EN EXODUS 13. UFO'S EN BUITENAARDSEN IN DE BIJBEL: LEVITICUS T/M MALEACHI 14. UFO'S EN BUITENAARDSEN IN DE BIJBEL: HET NIEUWE TESTAMENT 15. UFO'S EN BUITENAARDSEN IN DE BIJBEL ZONDER COMMENTAAR DEEL 1 16. UFO'S EN BUITENAARDSEN IN DE BIJBEL ZONDER COMMENTAAR DEEL 2 17. DE VERKLARING VAN OPENBARING 17 18. OPENBARING MET AANTEKENINGEN TOT HOOFDSTUK 13 19. OPENBARING MET AANTEKENINGEN VANAF HOOFDSTUK 13 20. MIJN EIGEN VREEMDE VERHAAL 21. SATANISME EN DE NIEUWE WERELDORDE 22. INTERVIEW MET M. W. COOPER 23. REACTIES EN AANVULLINGEN 24. REACTIES EN AANVULLINGEN DEEL 2 25. REACTIES EN AANVULLINGEN DEEL 3 26. REACTIES EN AANVULLINGEN DEEL 4 27. REACTIES EN AANVULLINGEN DEEL 5 28. REACTIES EN AANVULLINGEN DEEL 6 29. ENGELSTALIGE SITE VOOR DE OVERIGE DOCUMENTEN (O.A. FOTO-, MIDI- EN GELUIDSARCHIEVEN) 30. LINKS

Hosted by www.Geocities.ws

1