Veiligheid bij het lassen en de benodigde persoonlijke bescherming
Daar er bij het lassen met open vuur (autogeen) of met een vlamboog (elektrisch, MIG/MAG, TIG) wordt gewerkt moeten er maatregelen worden genomen om brand te voorkomen. Daarom dient er voor te worden gezorgd dat de omgeving van de plaats waar wordt gelast vrij is van brandbare materialen zoals brandstoffen (benzine, olie, poetsmiddelen, koelvloeistoffen, verf, tectyl etc.) en zaken als poetsdoeken, papier en plastics. Let er bij lassen aan de auto op dat brandbare materialen ook aan de achterkant worden verwijderd. Denk hierbij aan corrosiebescherming (tectyl en bitac lagen), isolatiematerialen en anti-dreun platen. Maar ook benzineleidingen, remleidingen, autobekleding en bijvoorbeeld kabelbomen dienen bij het lassen waar mogelijk ter worden verwijderd of in ieder geval afdoende te worden afgedekt met onbrandbare lasdekens.Hou bij het lassen, branden, slijpen en werkzaamheden met (open) vuur altijd een goedgekeurde brandblusser binnen handbereik.

Las NOOIT aan benzinetanks, LPG tanks of gasflessen ook niet als deze zijn geleegd !

Draag nooit geen wegwerpaanstekers in je broekzak. Als een brandende lasspetter onverhoopt op de aansteker terecht komt en door het kunstofomhulsel brandt, kan dit een behoorlijke explosie tot gevolg hebben.

Maak, alvorens er aan een auto wordt gelast, de accu los en verwijder deze geheel uit de auto. Zorg er voor dat de massaklem zo dicht mogelijk bij de te lasplek wordt geklemd, en zorg er voor dat deze een goede verbinding maakt met het blanke staal.

Om veilig te kunnen werken is het van belang dat tijdens het lassen de zgn.
persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM's) worden gedragen. De volgende PBM's zijn benodigd.

- Laskap (voor elektrisch, MIG/MAG en TIG-lassen) om het gezicht te beschermen tegen de optredende sterke UV- en IR-straling. Laskappen zijn er in allerlei soorten en maten en kunnen worden voorzien van een lasfilter ("donker glaasje") met een verschillende sterkte die wordt uitgedrukt in een nummer. De meest gebruikte sterktenummers liggen tussen ca. 9 en 13. De sterkte van het lasfilter dat voor de verschillende lasprocessen nodig is verschilt per lasproces en is daarnaast afhankelijk van de gebruikte stroomsterkte. Naast laskappen die met de hand vastgehouden moeten worden zijn er ook lashelmen die op het hoofd worden geplaatst en die daarmee tijdens het lassen beide handen vrij laten. De beste (maar gelijk ook duurste) oplossing is een zgn. automatische lashelm, zie figuur 12a en 12b. Een automatische lashelm is voorzien van een regelcassette met een lichtgevoelige sensor die het lasfilter automatisch donker kleurt op het moment dat het lassen wordt gestart en wordt weer licht kleurt op het moment dat de vlamboog stopt. Het zicht op het werk blijft daarbij optimaal.

- Voor autogeen lassen is een autogene lasbril noodzakelijk, zie figuur 13. Zonder een lasbril kan de felle acetyleen/zuurstof vlam niet worden ingesteld, en is het lasbad niet zichtbaar. Een autogene lasbril heeft vaak een opklapbaar vizier zodat direct na het lassen het lasresultaat snel en makkelijk bekeken kan worden.

- Lederen lashandschoenen en lederen werkschoenen met een veiligheidsneus om de handen en voeten te beschermen tegen de hitte, rondspattende vonken en lasspatten, zie figuur 14. Gebruik geen werkhandschoenen van kunststof of werkhandschoenen met een stoffen bovenkant: door rondvliegende lasspatten kunnen deze gaan smeulen waardoor brandwonden kunnen ontstaan !

- Draag bij het lassen en slijpen een speciale brandvertragende katoenen (of canvas) lasoverall (zie figuur 15) die voorzien kan worden van een speciale capuchon om ook het hoofd en de nek te beschermen.
Draag geen synthetische kleding, deze kunnen door rondspattende vonken of lasspatten gaan smeulen en daarmee brandwonden veroorzaken. Overalls met een ritssluiting zijn eveneens uit den boze: lasspatten kunnen zich aan het metaal van de rits gaan hechten waardoor de rits niet meer in een noodgeval snel te openen is. Gebruik in dit geval een katoenen overall met een overlappende knoopsluiting en zorg dat de kleding schoon is. Het zal duidelijk zijn dat een met olie, vet en benzine besmeurde overall veel sneller vlam vat dan een schone.

Voor een veilig gebruik van gascylinders (gasflessen) dienen deze zorgvuldig te worden behandeld. Hier volgen een aantal tips voor het veilig gebruik van gascylinders.
- zet gasflessen altijd rechtop en voorkom dat ze kunnen omvallen door ze met een ketting tegen omvallen te borgen; Plaats een autogene lasinstallatie bij voorkeur in een flessendrager/flessenwagen;
- voorkom dat gasflessen kunnen beschadigen (bijvoorbeeld door aanrijbeveiliging);
- plaats gasflessen in een goed geventileerde ruimte;
- bescherm gasflessen tegen regen, koude, directe zonne-instraling en warmtebonnen;
- gebruik alleen gasflessen waarvan de keuringstermijn nog niet is verstreken. Gasflessen dienen periodiek te worden gekeurd (meestal is de keuringsperiode 10 jaar) en het jaar van keuring alsmede het uiterste keuringsjaar worden op de schouder van de fles ingeslagen, zie figuur 16a. Op de gasfles is aangegeven voor welk gas de fles is bestemd, zie figuur 16b, en dit is eveneens op de schouder van de fles ingeslagen. Tevens is op de schouder van de fles de maximale (vul)druk ingeslagen.
- laat gasflessen alleen door erkende bedrijven vullen, en vul ze nooit zelf.
- maak alleen gebruik van de voor het gas geschikte reduceren. Op de reduceer is aangegeven voor welk gas deze is bedoeld. Gebruik de voorgeschreven afdichtingen en gebruik bij zuurstofflessen nooit geen vet of olie;
- gebruik acetyleen gasflessen vanwege de vloeistofinhoud bij voorkeur in staande positie. Zorg bij liggend gebruik dat de afsluiter van de fles minimaal 70 cm hoger ligt dan de bodem;
- maak bij autogene opstellingen uitsluitend gebruik van goedgekeurde slangen (rood binnendiameter 8 mm voor acetyleen en blauw binnendiameter 6 mm voor zuurstof) en houdt de slangen in goede staat;
- tussen een brander en een acetyleenfles moet een vlambeveiliging zijn aangebracht die voorkomt dat de vlam in de fles kan slaan;
- controleer met behulp van zeepsop of een speciale lekspray op lekkages.


� Ir. Alfred Westenbroek
Go Back:
Home page VW Beetle Restoration
Back to Index Articles
My Info:
Name: Alfred Westenbroek
Email: [email protected]
Figuur 12a: Automatische lashelm
Figuur 12b: Automatische lashelm, binnenkant met regelcassette
Figuur 13: autogene lasbril
Figuur 14: lederen lashandschoenen
Figuur 15: Brandwerende lasoverall
Figuur 16 a en b: keuringsdatum en inhoud gasfles
Hosted by www.Geocities.ws

1