BezienswaardighedenOp deze lijst vind u de belangrijkste bezienswaardigheden van Friland en Hiveria in alfabetische volgorde. Uiteraard zijn dit alleen de meest bekende bezienswaardigheden; er is in Friland en Hiveria nog veel meer te ontdekken! Friland: Aigardam (Eigerdam): grote stuwdam in het Damlag, gebouwd in 1959. De dam voorziet dagelijks 800.000 mensen van groene stroom. Algunþsfasten (Algunþsvesting): na het verlies van Oost-Walamark in de Vierde Frilands-Hiveriaanse Oorlog werd deze vesting gebouwd aan de smalle zeestraat tussen Riksga en Walamark. Het bewaakt niet alleen de toegang tot de Innansai maar is ook bedoeld om een potentiële Hiveriaanse inval bij het Skimferþ te kunnen tegenhouden. Hoewel in de moderne oorlogvoering het nut van de vesting is afgenomen, is het door haar gemoderniseerde geschut en luchtafweer nog steeds een moeilijk te nemen obstakel. De vesting is gebouwd in de periode 1883-1885 en vernoemd naar de toenmalige koningin Algunþ. Daudanberg (Dodenberg): volgens velen het meest indrukwekkende monument van Friland, gelegen in de gouw Medga tussen Twaibak en Ermanhuf. Deze grote grafheuvel dateert uit de IJzertijd en is nog steeds in gebruik; al duizenden jaren lang hebben vele generaties Frilanders ervoor gekozen hun lichaam of as te laten bijzetten in de Daudanberg ("Dodenberg") om zo dicht mogelijk bij hun voorouders te kunnen zijn. Ook tegenwoordig kan men zich hier nog steeds laten begraven. De nabestaanden brengen zand mee dat afkomstig is van de geboortegrond van de overledene, voegen dit toe aan de berg en begraven de urn of kist daarin. De Daudanberg wordt daardoor steeds een beetje groter en is al van een paar kilometer afstand boven de horizon zichtbaar. Het zal niemand verbazen dat dit de heiligste plaats van Friland is. Van heinde en verre komen daarom bedevaartgangers naar de Daudanberg om er hun voorouders te eren. Het oudste deel van de Daudanberg, waar de helling te steil is geworden voor nieuwe bijzettingen. Frilandisk Utstallung (Frilands Museum): het Frilandse woord voor museum is "utstallung" (uitstalling), wat zowel voor historische voorwerpen als voor kunstwerken kan gelden. Het Frilands Museum ligt bij Isungan en is het grootste museum van het land. Het bevat alles van dinosaurusskeletten tot harnassen en van schilderijen tot een uitgebreide muntenverzameling. Het museum is zo groot dat geschiedenisliefhebbers vier dagen nodig hebben om alles te kunnen bekijken. Frireta (Frilandse Computerindustrie): net buiten de stad Dunwik ligt Frireta, het centrum van de Frilandse computerindustrie. Frireta is dan ook een afkorting van "Frilandiska Rekanar Tawung" (Frilandse Computer Industrie). Alles wat maar iets met computers of soortgelijke technologie te maken heeft wordt hier gemaakt. Veel grote technologiebedrijven hebben zich hier gevestigd. Kantorencomplex in Frireta. De inkomsthal van het Fulksslut. Gulþan Wi (Gouden Tempel): de Gulþan Wi is de grootste tempel van Friland en ligt bij het Ingswalþ, ten zuidwesten van Sunþfan. Het is gewijd aan de Ferna Sed goden en volgens de overlevering is het gebouwd door de god Ing. De tempel is versierd met goud en rond het dak is een gouden ketting gespannen, waardoor het op zonnige dagen oogverblindend kan schitteren. In de tempel staan beelden van de goden en voor de ingang staat een heilige eik met een put ernaast. Het water uit de put heeft volgens velen een geneeskrachtige werking. Elk jaar wordt aan het begin van de lente het Jerblot ("Jaar-offer") gebracht aan de goden. De daaropvolgende rituelen bij de tempel duren negen dagen. Laujanburg (Leeuwenburg): de ambtswoning van de minister-president in Riksgard, gebouwd in Art Deco stijl. Riksþing (Regeringsgebouw): het regeringsgebouw in Riksgard waar het Frilandse parlement zetelt. Het gebouw heeft dezelfde naam als het parlement: Riksþing ("Rijksding"). Het gebouw is vrij toegankelijk voor iedereen die de debatten wil volgen. De hoofdingang van het Riksþing. Verlaten dorpen in het Sparwalþ. Storban 1 (Snelweg 1): de Storban 1 (S1) wordt ook wel "de Frilandse Route 66" genoemd en loopt van west naar oost. Het geeft reizigers de kans het gevarieerde Frilandse landschap te ervaren: de route begint bij Anstarburg en leidt achtereenvolgens langs de venen en akkers van Skak, het Langgebergte (Langfergun), de industriestad Isarnhaim, het IJswoud (Iswalþ), de Trollenheide (Trullanhaiþ) en het Nevelwoud (Nebulwalþ), de ruige Middelgouw (Medga), het moderne Dunwik, de Verbindingsbrug (Wedungsbrug) en het historische Spirdung. De officiele route eindigt bij de Hiveriaanse grens in de verdeelde stad West-Runsburg. Om het toerisme te stimuleren heeft Hiveria in de jaren 70 de route doorgetrokken tot aan de oostkust, waardoor de reis vervolgd kan worden door het bezette Oost-Walamark, langs de stad Heunia, de Grote Heide (Bruyère Grand) en het Natte Moeras (Marais Mouillé) tot aan het eindpunt; de havenstad Danab. Sturaldsgrab (Sturaldsgraf): het mausoleum van Sturaldiz, de eerste koning van Friland. De nuchtere Sturaldiz lag begraven in een eenvoudige grafheuvel maar in de 16e eeuw werd besloten hier een mausoleum in Renaissance stijl bovenop te bouwen. Het mausoleum ligt bij de Atlantische kust, ten noorden van Gennung. Turstad (Torenstad): Turstad dankt haar naam aan het grote aantal spitstorens dat boven de bebouwing uitsteekt. Niet alleen kerken, tempels en overheidsgebouwen zijn voorzien van torens, maar zelfs veel oude huizen en scholen hebben hun eigen torentje. Deze traditie is begonnen in de 16e eeuw, toen een rijke inwoner van de stad het waagde een hogere toren op zijn huis te zetten dan er op het stadhuis stond. Het gemeentebestuur liet dit niet op zich zitten en besloot tot de bouw van een hoge kerktoren, waarop een andere rijke burger een tempel met vier torens bouwde. Deze wedijver hield bijna twee eeuwen aan, met als gevolg dat een groot deel van de stad is voorzien van torens, de een nog mooier dan de andere. Utanutstallung Ingswalþ (Openluchtmuseum Ingswalþ): in dit museum te Sunþfan is een groot aantal historische gebouwen te bezichtigen. Daarnaast organiseert het museum voorstellingen en zelfs het naspelen van veldslagen. Waldmerskirik (Waldemarskerk): in de Waldmerskirik, ten noordoosten van Herutlau, vindt men het graf van de Frankische missionaris Waldemar, die in Friland zonder veel succes het Christendom trachtte te verspreiden. De kerk werd door zijn volgelingen bovenop een rots gebouwd en brandde voor een groot deel af in 1432, toen het door de bliksem werd getroffen. Hierna werd het groter en mooier dan ooit tevoren herbouwd. Wedungsbrug (Verbindingsbrug): de Wedungsbrug is de langste brug van Friland en werd gebouwd in 1952. Het overspant de nauwe waterweg tussen de gouwen Riksga en Walamark. Voorheen was hier een veerdienst. De Wedungsbrug. Wulfsdeup (Wolfsdiepte): bunkercomplex, gebouwd in de bergen ten zuiden van de Þeudrikspit. In gebruik voor niet-gespecificeerde militaire doeleinden. In geval van nood kunnen hier de regering en het militair opperbevel worden ondergebracht. Hiveria: Bruyère Grand (Grote Heide): een "bezienswaardigheid" waar Hiveria niet zo trots op is. Vroeger was dit een prachtig natuurgebied met talloze wouden en grasvlakten. Sinds de 11e eeuw is het gebied echter intensief gebruikt voor de landbouw en de houtproductie, met als gevolg dat alle wouden uit het gebied zijn verdwenen en de grond volledig is verschraald. Het gebied lijkt tegenwoordig nog het meest op een kruising tussen een heidegebied en een woestijn. De Bruyère Grand beslaat ongeveer een derde van de provincie Danab. La Cathedrale Saint Gérard (de Kathedraal van Sint Gérard): de kathedraal ligt in de gelijknamige stad. Het is gebouwd in de 15e eeuw en nog steeds de grootste kathedraal van Hiveria. La Cathedrale Saint Gérard. De Masjid al-Jamme. Stade de Hiveria (Hiveria Stadion): dit grote stadion werd gebouwd in 1994 en ligt in de stad St. Gérard. Trou Diable (Duivelsgat): de Trou Diable is een krater van 1100 meter doorsnede, die 70.000 jaar geleden ontstond door de inslag van een kleine meteoriet. |