Gedichten
door: Jan Bouwmeester

 

Gedachten
Aangeleerd
Gedichten
De Ziel
Hemelcarnatie
Oneindigheid
merkwaardige reis

Gedichtje geschreven toen ik ongeveer twintig jaar oud was.(±1965)

 

Twee spreeuwen zitten op een tak,

zij zitten daar op hun gemak.

Maar de twee spreeuwen op de tak eronder,

die zitten met het gedonder.

Want die twee spreeuwen van boven hebben aan alles lak

en stront valt niet naar boven.

Dus zitten die twee van onder,

onder de kak.

 

Ter observatie.

 

Een bril op haar neus,

een mondje strak,

hoge hakken.

Een tas vol warboel, ernaast op de bank.

Haar gedachten zeker,

bandjes om haar enkels.

De handen kruisten over haar schoot,

het handtasje daar tussen,

vast en zeker.

Haar sjaaltje losjes, het knoopje strak.

Een bloemetjesjurk en 'n zwart jack,

terwijl ik in de trein tegenover haar zat.

 

april 1981

 

 

Verantwoordelijk en gelaten.

 

Laat het leven op je afkomen

en leef

met wie je nu tegen komt

en help

waar je nu bent.

Precies zoals het zich voordoet.

 

Zoek geen problemen

maar ontwijk ze ook niet.

Heb je hulp nodig?

Laat je helpen.

Heeft 'n ander hulp nodig,

help dan.

 

Maar maak je beslist geen zorgen,

nu niet en helemaal niet voor morgen.

Het leven komt toch op je af,

precies zoals het zich voordoet.

En leef met plezier

en help, waar je nu bent.

 

Maar maak je beslist geen zorgen,

nu niet en helemaal niet voor morgen.

 

Jouw grootste hulp, die krijg je door God.

Je hoeft het niet te vragen, je krijgt het aangeboden.

Zoveel als je nodig hebt, werkelijk oneindig veel,

jouw levensadem.

 

God geeft jou adem, zodat je zijn liefde ademt.

God geeft jou zuurstof, zodat jouw bloed zich met zijn liefde vult.

God geeft je door zijn liefde, alle kracht om te leven.

 

juli 1987.

 

 

Ombuigen.

 

De verwarring in mijn ogen,

de verwarring in mijn bloed.

Doe ik met mijn starre houding,

eigenlijk wel een ander goed?

 

Is het geen tijd om te bedenken

of mijn gedrag soms schade brengt.

Of mijn woorden met hun scherven,

in 'n hart geen litteken brengt?

 

Laat ik mijn rechten wat ze waren,

voor 'n ander van geen belang.

Weg zijn dan mijn wilde haren,

tref ik de ander niet in zijn belang.

 

Zou ik zachtmoedig aan de ander denken,

spreken met bescheidenheid.

Nooit zou ik de ander kunnen krenken

en hem laten in zijn waardigheid.

 

Met die waardigheid is het goed te leven

en weet je, door dat vrij te geven,

dat je niet alleen 'n ander maar...

ook je eigen hart verrijkt!?

 

17 december 1987

 

 

Door de branding.

 

Als we door de branding gaan

de branding van ons leven.

Neem dan mijn handen aan

juist dan wil ik alles geven.

 

Natuurlijk voel jij je soms echt alleen

oplossen kan ik ook niet alles

en zie je mij met lege handen staan.

Weet dat ik je toch alles geven wil,

neem daarom toch mijn handen aan.

 

Mijn lege handen

door jou aangeraakt,

zullen zich met liefde vullen.

Daarom vraag ik je raak mij even aan

en neem mijn lege handen aan.

 

7 april 1988

 

 

Afscheid.

Je hebt zo ziels veel van hem gehouden,

dat je in zijn tranen mee hebt willen gaan.

Je hebt zijn last ook mogen dragen.

Zodat hij in het laatste,

ook niet alleen heeft hoeven staan.

Zijn dood, het is alleen 'n bevestiging,

van wat jullie samen hadden.

Liefde door dik en dun, tot het einde toe.

De liefde die nooit verloren zal gaan,

die nooit verloren kan zijn

omdat die altijd verder zal gaan.

In jou

en voorbij de horizon.

Eens zullen jullie weer samen zijn,

in het land waar liefde gewoon is,

het land waar de liefde woont.

Mijn tranen van verdriet

zijn verworden tot blijdschap.

 

8 juni 1988

 

 

Lenny,

 

Je bent een bron van goedheid

het water welt daaruit als liefde omhoog.

Maar anderen gebruiken het teveel voor eigenbelang

en dat vervuilt de bron.

Jouw liefde is om door te geven,

niet om te vervuilen.

 

Laat je niet meer gebruiken.

Je komt dan echt niet alleen te staan.

Al laat jouw angst lijken dat het wel zo is.

Vertrouw op de bron die in jou is.

Die komt rechtstreeks uit jouw hart.

En is zo zuiver, dat jij het altijd kunt drinken,

juist als jij het nodig hebt.

 

Geef de liefde van jouw hart het water uit zijn bron.

Weet dat het voor jezelf is, zoals water is bedoeld. 

 

2 juli 2003

Dit schilderij heet Lenny en hoort bij het gedicht Lenny en is gemaakt door Astrid Postuma.

 

 

Ik wilde.

 

Ik wilde dat ik je altijd als een engel behandeld had.

Vooral in die moeilijke beginjaren van onze relatie.

De start had zoveel beter kunnen zijn.

Zo goed als het nu is, het liefste.

 

Teveel wilde ik dat het ging zoals het mij logisch leek.

Te weinig zoals jij erover dacht.

Nu realiseer ik mij, dat het te weinig liefdevol was.

Dat ik over jouw ziel heen walste.

 

Ik weet wel, er bestond veel gebrek aan inzicht.

Die onervarenheid brak ons vaak op, maar toch.

Wou ik dat ik liefdevoller geweest was.

Dat ik je milder benaderd had en vooral mijn denken had aangepast.

 

Na veel vallen en opstaan gaat alles nu zoveel beter.

We hebben het dan toch geleerd.

Maar de wonden niet vergeten want achteraf

Ging er toch nogal wat verkeerd.

 

Dat doet mij nu soms nog verdrietig voelen.

Dan wil ik, dat ik je altijd als een engel behandeld had.

Jij bent degene die dat het meeste verdient.

Jij bent mijn waardevolste schat.

 

Als ik bedenk wat jij allemaal voor je kinderen en mij gedaan hebt.

Hoe groot jouw inzet was, hoe je altijd aan ons denkt.

Wat een energie dat gekost heeft is allemaal bekend.

Bij mij.

 

Ik heb uiteindelijk veel geleerd, heel veel van jou.

Jij bent mijn vrouw, mijn maatje, de liefste in mijn buurt.

Ik denk wel eens; God U heeft mij een engeltje gestuurd.

Een engel die als vrouw op aarde kwam.

Daardoor ben ik nu, een gelukkige man.

 

9 september 2004.

 

God is een warme gedachte om mij heen.

 

God is ook een warme gedachte om mij heen.

Waarmee ik spreken kan, van mens tot mens.

Die mij de antwoorden geeft,

antwoorden die ik nog niet weten kon.

Zij zijn rechtstreeks, ze kloppen echt.

Ze zijn echt wonderbaar.

Er valt goed mee te werken en heel goed mee te leven.

Ik ben er dankbaar voor.

Het zit heel diep van binnen en komt toch ook van buiten.

Een persoonlijk iets, een wonderbaarlijk goed.

God legt uw handen op mij neer!

Omarm mij vraag ik U en ik kan weer leven.

Weer verder gaan, altijd weer.

God is een warme gedachte om mij heen!

Die naar mij luistert, mij aanhoort.

Die mij beschermt en leven laat.

30-03-2005

 

Staan in het licht.

 

Ik zet jou in het zonnetje

Mijn liefste dat ben jij

Ik zie jouw aureooltje

't Maakt mij van binnen blij

 

Wat ben jij mooi

Met al jouw licht omgordt

Die ik daar toch zie staan

Een warm middelpunt

Dat goedheid zo mag gaan

 

Ik denk, niemand kan 't beter weten

Jij hebt het goed gedaan

De kinderen richting geven

Om zelf hun weg te gaan

 

Zij kozen zelf hun wegen

Over het moeilijke levenspad

Die wegen waren hobbelig en lang niet even glad

En soms viel dat best tegen

wat voelde jij je mat

 

Ook zij zullen straks weten

Hoe diep je hebt moeten gaan

Om vol vertrouwen in het leven

Hun weg te kunnen gaan

 

Jij bent mijn liefste schat

Ik zet jou in het zonnetje

Dat jij echt hebt verdiend

Ik zie jouw aureooltje

Waarvan God zich heeft bediend

 

Nu ik al jouw stralen zie

Vol warmte en genegenheid

Ben jij zelf toch een zonnetje

Een bloeiend middelpunt

Die vol warme genegenheid

De ander al het goede gunt

 

13 april 2005

 

Innerlijke rust.

 

Door de ervaring

ondervonden

Het leed overziend

Toch vreugde gewonnen

Geslagen misschien

Opgestaan telkens weer

Groeien tegen de stroom in

Het leed gevoed

Het leed gevoelt

Weten nu

Wat we niet wisten toen

Begrijpen

Aanvaarden

Afstand genomen

Naderbij gekomen

Tot in het hart

Van de gekregen klappen

Nooit meer slaan

Toch zijn mannetje staan

Het leven doorvoelt

Dat er nog een verder is

Maar ook

Een hier en nu

Voorzichtig zijn nu mijn stappen geworden

Heeft plaats gemaakt voor liefde

Een zachte streling

Een sterke wang

Schouders die dragen

Een eeuwigheid lang

Luisteren nu

En verstaan

Een woord van liefde

Naar anderen toe

Troost en steun

En vertrouwen

Vertrouwen vooral

Ik kan van jou op aan

Ik vertrouw jou

Jij bent liefde

Jij bent het leven

Levende liefde

Waar ik van hou

Ademhalen vrij

Vrij ademhalen

Geeft lucht

Ontvangt lucht

Geen geschroeide aarde meer

Maar levenslust

In bedachtzaamheid

Waakzaam met beide benen op de grond

En liefde vanuit het hart

Die altijd uitgezonden wordt

Met mijn adem

Met mijn woord

De ander gelukkig willen zien

In waarde gelaten

Een eenheidsakkoord

Heelheid omarmend

 

13 april 2005

 

Loslaten?

 

Wat heb ik vast?

Mijn adem vliedt

Steeds zucht ik weer

Ik weet het niet.

 

Mijn kinderen

Mijn voorbeeld uit

Toch spreken zij

Een ander geluid.

 

Mijn lief

Waarvan ik steeds meer hou

Die ik ook loslaten zou

Dat kan toch niet

 

Mijn grootste schat

Doch aan het einde van een leven

Weet men meer dan ooit

Wat ons eens is gegeven.

 

Bij het sterven

Weet je pas goed

Wat je echt hebt gehad.

In een vluchtig leven?

 

In een korte tijd

In eeuwigheid gebonden

Wel vrijheid maar toch

Ik weet het niet.

 

17 juni 2005

Schouder aan schouder.

Dit schilderij is gemaakt door Astrid Postuma en ik heb het gedicht Schouder aan schouder hierbij gemaakt.

 

 

Schouder aan schouder

Staan we daar

Man en vrouw

Heel verschillend

Maar wel dezelfde horizon

Hetzelfde doel

De paden lijken verschillend

Toch samen op pad

Schouder aan schouder

 

Schouder aan schouder

Gaan we over dezelfde weg

Ieder wel met eigen bagage

Van huis uit meegekregen

Wat logisch is voor de een

Klopt niet voor de ander

Heel verschillend

Wrijving ontstaat

Schouder aan schouder.

 

Schouder aan schouder

Man en vrouw

Heel verschillend

Paden die wijken

En weer bij elkaar komen

Weerzien bij dezelfde horizon

Laten we onze schouders eronder zetten

Onder ogen zien het verschil

Schouder aan schouder

 

Schouder aan schouder

Spreken met voorzichtige woorden

Wel gekozen, laat de ander heel

Kunnen we samen heel voorzichtig

Het nieuwe pad betreden

Voorzichtig!

Wat een kracht gaat hier van uit

Een klein stapje met sprongen vooruit

Schouder aan schouder

 

Schouder aan schouder

Op voet van gelijkheid

Elkaar’s kracht benuttend

Elkaar’s warmte voelend

Het vloeit in elkaar over

Een wonder, een wonder

Dat dit allemaal kan

Dat wij dat beleven

Schouder aan schouder

 

Schouder aan schouder

Samen warme liefde, delen

Elkaar’s hand vasthouden

Steun en een voorzichtig woord

Humor, toch ook jezelf zijn, vrijuit

Niet geremd maar wel gebonden

Dat is lachen, blij zijn

Elkaar de ruimte gunnen

Schouder aan schouder

 

Schouder aan schouder

Wat hebben we het goed samen

Leuk dat jij dit zo aanpakt

Ik doe met je mee, graag heel graag

Zullen we dan maar naar de zee gaan

Het strand aan onze voeten

Het leven als eb en vloed

Stroomt tussen onze tenen

We wankelen bijna, grijpen elkaar vast

En lachen en zien de horizon

Ontroering van de warme zon

Het leven geleerd en voortgebracht

In deze oneindige grootsheid

zien we op naar de verte, de horizon

Wat lijken we klein in dat geheel

Maar we horen er ook bij

Heel groots

Schouder aan schouder

 

14 maart 2006

 
Hosted by www.Geocities.ws

1