Jij, die mij na domme ruzies steeds weer vond,
die achter al mijn idealen stond,
zo onmerkbaar dichtbij
Jij, die mijn vergissingen steeds weer vergaf,
die vond dat ik niet koppig was of laf,
die steeds leefde voor mij.
Jij, die zachtjes lachte om mijn overmoed
en met een knipoog zei: je doet het goed,
heb ik jou wel verdiend?
Jij, die al mijn diepe dalen hebt geteld,
de hoogste bomen voor mij hebt geveld
en mij 't licht weer deed zien.
(Refrein:)
En Jij, jij houdt nog altijd evenveel van mij
Al droom ik vaak en ben ik er niet bij
Een beetje egoïstisch en naief
Ja jij, jij houdt nog onvoorwaardelijk van mij,
bent met een klein gebaar van mij al blij.
Ik heb je lief!
Jij, die al mijn wanhoop zag, de donkere nacht verdreef,
die ondanks mijn kabaal toch bij me bleef,
jou heb ik toch zo lief
Jij, die 's nachts al mijn gebeden hebt gehoord,
mij 's morgens weer opnieuw hebt aangespoord,
ik heb jou eeuwig lief.
Jij, die al mijn capriolen hebt doorstaan,
die mij gretig zag reiken naar de maandag,
heb ik jou wel verdiend?
Jij, die al mijn diepe dalen hebt geteld,
de hoogste bomen voor mij hebt geveld,
en mij 't licht weer deed zien.
Refrein
Ik heb je toch zo innig, innig lief
Ja jij, jij houdt nog altijd evenveel van mij
Al droom ik vaak en ben ik er niet bij...