NAWOOORD EN ENKELE BEDENKINGEN


Wanneer dit onzin is, dan zit er methode in!
( Shakespaere )

In het begin van deze studie werd een aanvang gemaakt met de verschilpunten tussen broederschappen en sekten. In de inleidende hoofdstukken werden de broederschappen ‘schoon’ voorgesteld alsof ze het voorbeeld zouden zijn van een ideale samenleving.

Uit deze studie blijkt echter dat heel wat misstappen werden gemaakt. Kunnen we uit deze studie een aantal conclusies trekken ? Ondanks mooie beloften inherent aan haast alle ordes is het twijfelachtig of ze allen hieraan beantwoorden.

Ook in de ‘vrije’ manier van denken schuilen er gevaren. Vrijheid van denken is niet aangeboren, het moet worden aangeleerd. Niet elke gedachte verdiend de vrijheid om als gemeengoed te worden beschouwd. Vrijheid van denken is een continu proces.

Het begrip orde, welke impliceert een zekere regel in acht te houden, kent opzichzelf al een hi�rarchie. Het niet aanvaarden van een spirituele autoriteit, dat zo eigen is aan broederschappen, houdt wel een ander gevaar in. Niet een persoon of een groep van personen dicteert hoe men denken moet maar wel de orde of de filosofie die ze vooropstelt. Het ‘onzichtbare iets’ dat zoveel door broederschappen en genootschappen wordt geheiligd is opzichzelf ook een gevaar.

Zo bestaat het Hermetische denken uit een vrije loop van gedachten. Dogma’s kennen geen plaats in deze struktuur. Vluchtige gedachten zijn eerder te beschouwen als kreaties van ons menselijk zijn. Vele nieuwe ‘vluchtige’ gedachten condenseren zich heel dikwijls tot nieuwe denkbeelden en zorgen voor een constante evolutie in het menselijk denken. Van zodra denkbeelden gemeengoed worden riskeren ze tot ‘dogma’ te worden. Een gedachtengoed dat zich condenseert tot een ‘gemeenschapsgoed’ kristalliseert uiteindelijk in een vast aangenomen idee dat vervalt tot een ‘dogma’. Elk dogma is een surrogaatgedachte voor een groep mensen. Dogma’s behoren derhalve tot het collectief denken. Dit collectief denken was in oorsprong een ‘nieuw’ idee dat door gebrek aan verdere ontwikkeling zich getransformeerd heeft tot een dogma. Een dogma zorgt voor een ‘veiligheidsgevoel’ binnen een bepaalde gemeenschap. Men kan terugvallen op ‘afgesproken’ begripsvorming maar men beseft tegelijkertijd niet dat vrije gedachtenvorming hierdoor belemmerd wordt.

De eeuwige strijd tussen these en antithese zorgt voor een continue gedachtenontwikkeling welke synthese wordt genoemd. Dit drieledigheidsdenken is dan ook gemeenschappelijk aan haast alle broederschappen en heeft zich gedurende de historische ontwikkeling in allerlei symbolen en beelden ontwikkelt. Symbolen moeten dan vrijelijk ge�nterpreteerd kunnen worden anders vervallen ze tot ‘emblemata’ die nog enkel de functie kennen van een ‘aangenomen’ waarde. Aangenomen waarden zijn, dit leert ons de geschiedenis, slechts tijdelijk in hun bestaan. Vroeg of laat moet elke denkwijze evolueren. Soms gaat dit zeer krampachtig en met de nodige sociale en geestelijke gevolgen. Hoe dogmatischer denkbeelden zijn hoe moeilijker dit proces plaats grijpt. Hoe dogmatischer denkbeelden hoe gevaarlijker ze soms worden voor een samenleving. Het extreem-rechtse gedachtengoed is hier een duidelijk voorbeeld van. Einstein zei dat het gemakkelijker was een atoom te splijten dan een vooroordeel. Gedachten zijn de werkelijke ‘wapens’ van de samenleving. Eeuwenlange onderdrukking van bepaalde idee�n hebben in de geschiedenis meer dan duidelijk aangetoond dat ze niet overeind blijven. Vroeg of laat stort een opgebouwde wereld in mekaar tenzij men tijdig ingrijpt en dit ‘cultuurgoed’ relativeert en op deze wijze plaats cre�ert voor andere denkwijzen.

De meest geavanceerde vorm van het dogmatische denken is de mythevorming. Van zodra een mythe centraal staat in een bepaalde denkwijze lopen we re�el het gevaar om geen onderscheid te kennen tussen realiteit en mythe. De mythe op zichzelf houdt geen gevaren in maar de mythe als ‘waarheid’ en als een dogmatisch denkbeeld beschouwen kan tot ongewone reakties leiden. Een voorbeeld werd reeds in de eerste hoofdstukken aangehaald van de ‘Ordre du Temple Solaire’ die het wereldnieuws haalde met hun collectieve zelfmoorden. Zij ‘geloofden’ echt dat ze de navolgers waren van de Orde van de Tempel. In de besproken geschiedenis van deze occulte en mystieke broederschappen is de mythevorming niet weg te denken. Het meest in het oog springend gedeelte in deze studie is zeker de Rozekruisersorde. Geen enkele historische bron heeft vandaag kunnen aantonen dat er een ‘historische opvolging’ bestaat van deze Orde. De grote aantrekkingskracht van deze Orde is haar mythe. Zodra deze mythe als een soort katalysator wordt beschouwd zitten we nog op een veilige weg. Vele Ordeleiders wisten dit en hebben dan ook nooit beweerd de echte opvolgers te zijn van de Rozekruisers. Het is meer dan twijfelachtig of er ooit ‘echte’ hebben bestaan. De mythevorming omtrent bijvoorbeeld Amorc werd destijds zodanig perfect gespeeld dat haast iedereen geloofde dat dit nu de ‘enige en echte’ Orde was. Geavanceerd onderzoek door Serge Caillet, Robert Vanloo en Clemento Redolar hebben ondertussen aangetoond dat het inderdaad slechts een ‘mythe’ was. Spencer Lewis heeft voor de FUDOSI verklaart dat heel zijn verhaal omtrent zijn inwijding in de ‘ware’ Rozekruisersbroederschap te Toulouse een ‘verzinsel’ was gekoppeld aan enkele historische gebeurtenissen die niets met de zaak te maken had. Raymond Bernard, behorend tot de Grote Raad van deze Orde, heeft verklaart dat het verhaal omtrent ‘le Cardinal Blanc’ een zelf ontworpen mythe was. Hij heeft dan ook onvoldoende beseft dat deze ‘synthetische mythe’ onrechtstreeks het gevolg werd voor sekten zoals de ‘Ordre du Temple Solaire’.

Een mythe ontstaat in de collectiviteit en nooit in het individuele denken van een enkeling. In een aantal gevallen gaat de mythe, die men voor waarheid aanneemt, er voor zorgen dat de geschiedenis anders wordt beleefd. Hierdoor ontstaat ‘revisionisme’. Men wil de geschiedenis naar zijn hand zetten. Een volgende stap wordt uiterst gevaarlijk van het moment dat dit revisionisme ontaard in ‘negacionisme’, het ontkennen van de historische realiteit. Dit laatste zorgt voor een ‘dissociatie’ een ontkoppelen van de rest van de samenleving met een ‘sekte’ als gevolg. Dit sektarisme vinden we niet alleen bij ‘ontwortelde’ broederschappen maar vinden we evengoed in politieke idee�n. Het Fascisme en Nazisme zijn duidelijk voorbeelden van mythomanie die de mythe centraal hebben gesteld in hun denken. Het zich ‘verheven’ of ‘uitverkoren’ voelen is de gemeenschappelijke deler voor deze denkwijzen. Haast alle godsdienstige sekten zijn hierin terug te vinden. Elk dogma leidt in principe tot een fascisto�de gedrag. Het koppelen van deze gedachtenstructuur aan een ‘leider’ die de bron wordt van ‘alle waarheid’ is niet vreemd aan deze structuren. De sterke leiderfiguur omgeven door een mythomane leer zijn de voedingsbodem voor uiterst explosieve situaties. Sommige Ordeleiders hebben zich hier aan bezondigd. Wat niet wegneemt dat de Orde in zijn totaliteit soms toch nog op het goede spoor bleef.

Sommige critici gaan zo ver om alle ordes en occulte of mystieke genootschappen af te schilderen als conservatief en te beschouwen als de voedingsbodem voor extreme idee�n.

Zeker is dit in een aantal gevallen waar. De vraag die zich stelt of we de idee�n die we in deze studie hebben leren kennen, zoals die van het synarchisme, moeten beschouwen als anti-democratisch. Of waren het idee�n van ‘idealisten’ die de beperkingen van het dagelijkse leven inzagen en, althans naar hun mening, een alternatief wilden bieden ?

Moeten we de handelingen van Harvey Spencer Lewis t.a.v. het Italiaans fascisme beschouwen als een deelachtig zijn aan deze filosofie ? Wat te denken van Julius Evola, die prachtige werken schreef over alchemie, en tegelijkertijd dweepte met het fascisme.

De ‘traditie’ waar de broederschappen op steunen is inderdaad soms uitgegroeid tot excessen tot de idee�n van de ariosophie van een Guido von List, een Sebottendorf en een August Strindberg. Deze onzichtbare traditie kan in de handen van een anders-denkende een even groot gevaar betekenen voor zichzelf voor de orde waar hij toe behoort en zeker voor de hele mensheid. Of dit nog strookt met de steeds terugkerende universele broederschap behoeft dan geen verder betoog meer.

Wat te denken omtrent de Ordo Illuminati die eerder een andere extreme richting uitging ? Wat met Jolivet Castelot die zelf een communistische partij stichtte ?

De uiteindelijke vraag die we ons moeten stellen is of een inwijding in een broederschap de mens boven zichzelf kan verheffen ? Anderzijds kan men niet ontkennen dat occulte en mystieke broederschappen op vele vlakken een vooraanstaande rol hebben gespeeld. Zo werd de basisfilosofie van de Universele Rechten van de Mens in de Vrijmetselarij gevormd. De emancipatiegedachte vinden we eveneens in dezelfde broederschappen. De Golden Dawn stelde zich op tegen het uitvoeren van vivisectie.

Ware het niet dat men vandaag geslaagd is in het experiment met proefbuisbabys dan zou men de alchemisten, die dit ijverig bespraken, voor gek hebben verklaard. De stichter van de Fraternitas Rosae Crucis - Pascal Beverly Randolph was iemand die het openlijk opnam tegen de slavernij in de Verenigde Staten.

En Cagliostro … een arts die hypnose gebruikte om chirurgische ingrepen te kunnen uitvoeren werd voor levenslang opgesloten om zijn ‘magische’ technieken. Men was in die periode doodsbang voor technieken die toen nog tot de wereld van de magie behoorden. De hypnose werd als een ‘geheim’ onderwezen in de orde opgericht door Anton Mesmer.

Wat we ons in het begin van de eenentwintigste eeuw moeten voorstellen van de mogelijke evolutie van occulte en mystieke broederschappen blijft een open vraag.

Eigenlijk resteert er niets anders dan de magische cirkel te sluiten en ons terecht af te vragen wat de toekomst zal brengen. Worden hedendaagse technieken zoals internet en e-mail misschien wel de moderne ‘mythen’ of worden zij een handig instrument in de handen van de moderne magi�r die net zoals Hermes Trismegistos de communicatie en de taal zag als het middel bij uitstek om magie te bedrijven.

Kan occultisme, mysticisme, traditie en de vraag naar de zin van het leven nog blijven bestaan met de huidige stand van kennis die we als mensheid hebben opgedaan ? Steeds denken we de limiet van ons menselijk denken te hebben overschreden. Vanaf dat ogenblik kunnen we enkel nog fantaseren en ons op een creatieve methode ‘betere dingen’ voorstellen. Vanaf dan betreden we het domein van de occulte en mystieke broederschappen. Telkens als de wereld dacht de grens van weten en kunnen te hebben bereikt waren het de broederschappen die deze limiet wisten te verleggen.

Wat de toekomst ook mag brengen er resteert me nog slechts een ding te zeggen :

Vale fratres en sorores

Pax Profundis

 

 

 

Hosted by www.Geocities.ws

1