Welkom op Nakdimons Page
4. Yeshua als profeet
Eliyahu claimt dat wij op basis van Mattheus 4:17 onze hoop op het Koninkrijk van God moeten laten varen, omdat we al 2000 jaar wachten en het toen al �nabij� was. Nu hebben we dus weer een geval van meten met 2 maten, want waarom laat hij (en degenen die het met hem eens zijn) niet hun hoop varen op de Tenach? Aangezien er in de Tenach ook staat geschreven over de Dag des Oordeels:
Jesaja 13:6 Jammert,
want de dag des HEREN
is nabij;
hij komt als een verwoesting van de Almachtige
Ezechiel 30:3 Want nabij
is de dag, ja, nabij is een dag van de HERE,
een dag van wolken, het uur der volken zal het zijn.
Joel 1:15 Wee die dag, want nabij
is de dag des HEREN;
als een verwoesting komt hij van de Almachtige�2:1 Blaast de bazuin op Sion en
maakt alarm op mijn heilige berg! Dat alle inwoners des lands sidderen, want de
dag des HEREN komt. Want hij is nabij!� 3:14
Menigten, menigten in het dal der beslissing, want nabij
is de dag des HEREN
in het dal der beslissing.
Obadja 1:15 Want nabij
is de dag des HEREN
over alle volken; zoals gij gedaan hebt, zal u gedaan worden, uw daad zal op uw
eigen hoofd terugvallen.
Sefanja 1:7 Zwijg voor het aangezicht van de Here HERE, want nabij
is de dag des HEREN;
want de HERE heeft een offermaal bereid; Hij heeft zijn genodigden geheiligd� 14
Nabij is
de grote dag des HEREN,
nabij en hij nadert haastig. Hoort, de dag des HEREN; bitter schreeuwt dan
de held.
Dus vele honderden jaren voordat Mattheus 4:17 werd gesproken is in de Tenach gesproken over de nabijheid van de Dag des Oordeels. Maar volgens Eliyahu telt d�t niet, maar is het wel erg als Yeshua zegt dat Gods Koninkrijk nabij is en hij die nu nog steeds niet ervaart. Zijn argument over een spoedige wederkomst is er natuurlijk ook weer een van selectief lezen. Het NT zegt veel meer over de wederkomst dan Eliyahu doet vermoeden. Maar zoals het een bevooroordeeld persoon betaamt toont hij alleen de dingen die hem uitkomen en presenteert hij ze z� dat je het bijna zou geloven. Ware het niet dat Yeshua duidelijk maakt in gelijkenissen dat het Koninkrijk gelijk is aan een koning die naar een ver land gaat en het lang duurde voor Hij terugkeerde (Lucas 19:12-15) We hebben ook gezien dat op basis van de Bijbelse feesten, die allen naar Yeshua wijzen, na de voorjaarsfeesten, die betrekking hebben op zijn lijden en alles daar omheen, er een hele tijd niets volgt en daarna de kalender weer vol zit met religieuze activiteiten. In Mattheus 25 lezen we ook:
1 Dan
zal het Koninkrijk der hemelen vergeleken worden met tien maagden, die haar
lampen namen en uittrokken, de bruidegom tegemoet. 2 En vijf van haar waren dwaas en vijf waren wijs. 3 Want
de dwaze namen haar lampen mede, maar geen olie; 4 doch de wijze namen olie in haar kruiken, met haar lampen. 5 Terwijl
de bruidegom uitbleef, werden zij
allen slaperig en sliepen in.
14 Want
het is als een mens, die bij zijn vertrek naar het buitenland zijn slaven riep
en hun zijn bezit toevertrouwde. 15 En
de een gaf hij vijf talenten, een ander twee, een derde ��n, een ieder naar
zijn bekwaamheid, en hij reisde buitenslands. 16 Terstond
ging hij, die de vijf talenten ontvangen had, op weg, en hij deed er zaken mede
en verdiende er vijf bij. 17 Evenzo
verdiende hij, die de twee talenten had, er twee bij. 18 Maar
hij, die het ene talent ontvangen had, ging heen en groef een gat in de grond en
verborg het geld van zijn heer. 19 En
na lange tijd kwam de heer van
die slaven en hield afrekening met hen.
De teksten die Eliyahu aanhaalt kunnen op verschillende manieren worden uitgelegd. Zijn aanhaling van Markus begint Yeshua zijn rede met allerlei rampspoed, dat er een verdrukking van jewelste moet komen en allerlei natuurrampen de wereld zullen treffen en zegt dat het evangelie aan alle volken over de hele aarde moet worden gebracht waarna het einde zal komen. Nu moeten we wel heel re�el zijn en concluderen dat als de zending binnen 1 generatie over de gehele wereld zou moeten plaatsvinden dit wel heel moeilijk te geloven is. Vooral in die tijd met paard en wagen of veer- en roeiboot. Hoe leggen we de woorden van Yeshua (Markus 13/Mattheus 24) dan uit? Simpel: Dit geslacht, die al deze voorgaande beschreven tekenen ziet, zal geenszins voorbijgaan, voordat alles is gebeurd. Nu Mattheus 16 (Markus 9)
Wanneer dit in context geplaatst wordt zien dat Yeshua uitlegt over de laatste dagen, wat er allemaal moet gebeuren voordat de Zoon zal komen om te oordelen. Zijn opmerking gaat echter niet over de laatste dagen na de natuurrampen etc., maar om Zijn Koninklijke waardigheid en richt zich tot Zijn discipelen en zegt dat sommigen die daar staan Hem in Zijn Koninklijke waardigheid zullen zien komen. Als je verder leest gaat Hij met �sommigen� onder hen ongeveer een week later de berg op en zien ze Zijn koninklijke waardigheid. Alledrie de evangeli�n die de gebeurtenissen hier omtrent optekenen hebben precies dezelfde volgorde, nl. dat ze de Zoon in Zijn koninklijke waardigheid zullen zien, waarna de verheerlijking op de berg plaatsvindt. Dat men dit zo ook begreep blijkt ook vooral uit Lucas 9:28
�En het geschiedde ongeveer acht dagen na deze woorden, dat Hij Petrus en Johannes en Jakobus medenam en de berg opging om te bidden.�
Ongeveer 8 dagen na welke woorden? De belofte dat zij Hem zouden zien komen in Koninklijke waardigheid! Lucas 9:28 verwijst duidelijk terug naar de belofte die ongeveer 8 dagen ervoor gedaan was.
Laten we nu even kijken naar nog meer profetie�n die Yeshua gedaan heeft en die ��k zijn uitgekomen.
� Yeshua heeft voorzegd dat Hij zou lijden, en heeft dit meerdere malen gedaan, zou worden overgedragen aan de Romeinen en zou sterven. Zo is het gebeurd!
� Hij zei ten derden dage op te zullen staan uit de doden. Zo is gebeurd!
� Hij heeft voorzegd dat degenen waarvoor Hij gekomen was Hem niet zouden ontvangen en dat dus Zijn boodschap naar de volkeren zou gaan en daar wel ontvangen zou worden. Zo is gebeurd!
� Hij heeft gezegd dat de glorieuze Tempel, verfraaid door Herodes, zou worden vertrapt door de heidenen en dat de inwoners van Jeruzalem zouden worden weggevoerd onder alle heidenen. Zo is gebeurd!
� Hij heeft voorzegd dat wij, die Hem geloven, uit de synagogen zullen worden gegooid om Hem. Zo is gebeurd!
Op Yeshua is zeker wel een tekst uit Deuteronomium 18 van toepassing, maar dan wel de volgende:
�15 Een profeet uit uw midden, uit uw broederen, zoals ik ben, zal de HERE, uw God, u verwekken; naar hem zult gij luisteren. 16 Juist
zoals gij van de HERE, uw God, gevraagd hebt op Horeb, op de dag der samenkomst, toen gij
zeidet: Ik wil niet langer de stem van de HERE, mijn God, horen en dit grote vuur niet langer zien, opdat ik niet
sterve� 18 een profeet zal Ik hun verwekken uit het midden van hun broederen, zoals
gij zijt; Ik zal mijn woorden in zijn mond leggen, en hij zal alles tot hen
zeggen, wat Ik hem gebied. 19 De
man, die niet luistert naar de woorden welke hij in mijn naam spreken zal, van
die zal Ik rekenschap vragen.�
En waar het gaat om de beschuldiging dat Yeshua de mensen gebood om andere goden achterna te lopen buiten de God van Isra�l om, sluit ik graag af met de volgende quotes:
Mt 5:16 Laat
zo uw licht schijnen voor de mensen, opdat zij uw goede werken zien en uw
Vader, die in de hemelen is, verheerlijken� 44
Maar Ik zeg u: Hebt
uw vijanden lief en bidt voor wie u vervolgen, 45 opdat
gij kinderen moogt zijn van uw Vader, die in de
hemelen is; want Hij laat zijn zon opgaan over bozen en goeden en
laat het regenen over rechtvaardigen en onrechtvaardigen� 48 Gij
dan zult volmaakt zijn, gelijk uw hemelse Vader
volmaakt is.
Mt 6: 1 Ziet
toe, dat gij uw gerechtigheid niet doet voor de mensen, om door hen opgemerkt te
worden; want dan hebt gij geen loon bij uw Vader,
die in de hemelen is�
9 Bidt gij dan
aldus: Onze Vader die in de hemelen zijt,
uw naam worde geheiligd; 10 uw
Koninkrijk kome; uw wil geschiede, gelijk in de hemel alzo ook op de aarde.
Mt 15:
31 En Hij genas
hen, zodat de schare zich verwonderde, want zij zagen stommen spreken, kreupelen
gezond, lammen lopen en blinden zien. En zij verheerlijkten de
God van Isra�l.
Lk 5: 25 En
onmiddellijk stond hij voor hun ogen op, nam hetgeen, waar hij op gelegen had,
mede en ging naar zijn huis, God verheerlijkende.
26 En
ontzetting beving allen en zij verheerlijkten God,
en werden met vrees vervuld, zeggende: Wij hebben heden ongelooflijke dingen
gezien.
Lk 19:
37 Toen Hij
reeds dichterbij kwam, aan de glooiing van de Olijfberg, begon de gehele menigte
der discipelen vol blijdschap God te prijzen,
met luider stem, om al de krachten, die zij gezien hadden,
Jn 4:
22 Gij aanbidt,
wat gij niet weet; wij aanbidden, wat wij weten, want het heil is uit de Joden; 23 maar de ure komt en is nu, dat de waarachtige aanbidders de
Vader aanbidden zullen in geest en in waarheid; want de
Vader zoekt zulke aanbidders;
Jn 5:
43 Ik ben
gekomen in de naam mijns Vaders en gij
neemt Mij niet aan; indien een ander komt in zijn eigen naam, die zult gij
aannemen.
Jn 8:
42 Yeshua zeide
tot hen: Indien God uw Vader was, zoudt gij Mij liefhebben, want Ik
ben van God uitgegaan en gekomen; want Ik ben niet van Mijzelf
gekomen, maar Hij heeft Mij gezonden.
Als dit iemand is
die voldoet aan de omschrijving in Deut 18:20-22 dan heeft Eliyahu heel wat uit
te leggen.
Nakdimon