Terug naar de SOFA
Als Meutje Droomt ... (20)
Droom 26 - 27/3/2004

Lieve en ik staan te wachten aan de pastorij. Op wat ? Dat weet ik niet. Misschien wel op de autocar die er komt aangereden ... ?

Die autocar is een zilveren blinkend model, twee maal zo hoog als hij lang is. Hij gaat draaien aan de pastorij. Hij draait ... en draait ... en draait ... en kantelt ! Hij komt terecht in het veld rechtover de pastorij waar geen huizen staan. Dat veld ligt wel heel erg diep want de bus verdwijnt helemaal uit het gezicht.

Lieve en ik staan even verwonderd te kijken en gaan dan voorzichtig dichterbij. Terwijl we de straat oversteken, komt de bus langzaam, met veel moeite, uit het veld gereden. Hij is helemaal vuil en gedeukt. Wij gaan in de bus naar mensen zoeken. Van binnen uit gezien zijn de ruiten helemaal besmeurd met modder.

De bus is onderverdeeld in compartimenten, een beetje zoals de treinen vroeger. De mensen zitten op hun stoelen te jammeren. Lieve en ik zijn langs vooraan de bus binnen gekomen en we beginnen rond te kijken. Plots denk ik : dit moeten we professioneler aanpakken. Ik loop de ganse bus door om achteraan te beginnen. Daar zit een vrouwtje te klagen : "Hoe is dat toch mogelijk ? Hoe is dat toch mogelijk ? ..."

Ik weet niet goed wat te doen en begin dan maar : "Dag mensen allemaal. Mag ik u vragen om uzelf eens goed na te kijken en te zien of je ergens op 'speciale' plekken pijn hebt ? Ik bedoel niet uw gewrichten of spieren. Die zullen wel pijn doen. En morgen zal dat nog veel erger zijn. Maar zoek vooral naar andere 'speciale' pijnen." De mensen bekijken mij met ontzag, zo van : amaai, die weet waar ze mee bezig is ! Op die manier ga ik van compartiment tot compartiment. De mensen stappen nog een beetje geschrokken af en de bus loopt langzaam leeg.

Als Lieve en ik uit de autocar komen, is ook de brandweer gearriveerd. Zij helpen een beetje met de evacuatie maar maken vooral veel foto's, o.a. van hoe Lieve en ik de mensen helpen.

Ik sta aan de achterkant van een brandweerwagen te praten met een pompier : 't is een sympathieke gast, ik heb geen idee hoe hij eruit ziet maar ik WEET dat het geen adonis is. Hij vertelt mij dat ze met al het beeldmateriaal een reportage willen maken als publiciteit voor de brandweer. Hij vindt mij wel een toffe en vraagt zich bezorgd af of ik niets overgehouden heb aan het ongeluk. Daarom onderzoekt hij mij : hij neemt mijn pols, mijn bloeddruk, luistert met zijn stethoscoop op mijn rug en steekt dan de stethoscoop in mijn d�collet� ! Ik heb daar blijkbaar geen bezwaar tegen ...

En terwijl we daar zo staan, hij met zijn hand in mijn bloes, komt er achter mij een andere brandweerman langs die op mijn achterwerk slaat ! Ik voel dat ik, na deze ernstige situatie (busongeval), moet tonen dat ik ook grapjes kan maken en dat ik absoluut geen probleem heb met die hand in mijn d�collet� en ik zeg : "Amaai, ge zoudt het zo te zien niet zeggen, maar aan al die handen te voelen, moeten er hier veel brandweermannen rondlopen !"

Grote hilariteit alom, iedereen schatert het uit, en ... ik word wakker ...


Droom 16 - 17/5/2004

Veel van vergeten �

Iemand kwam met een prachtige zilvergrijskleurige VW kever. �t Was een nieuwe maar toch nog van het oorspronkelijke "kever" model. Met veel chroom. Hij blonk.

Ik kreeg die kever zomaar ! Er was ��n specialleke aan : de centrale vergrendeling. Om de deuren open te doen, moest ik de tip van een stuk keukenrol oprollen en daarmee in het slot van de autodeur mijn bankcode draaien. Ik verklaar mij nader � Als mijn bankcode bijvoorbeeld 4321 is, moest ik eerst vier keer draaien, dan drie keer, dan twee keer en dan ��n keer.

In het begin haalde ik na elk cijfer dat stukje keukenrol steeds uit het slot en moest ik dus elke keer weer een fijn puntje maken om aan het volgende cijfer te beginnen. Op de duur had ik door dat ik het stukje papier gewoon in het slot kon laten steken en blijven draaien : vier, drie, twee en ��n keer.

Ik reed naar huis maar kwam, bijna thuis, in een reuzenfile terecht. De omgeving was de C. Schuermanslaan, waarop de Populierenlaan uitkomt en ik kwam van het Marktplein. De Schuermanslaan was een asfaltstrook van twee wagens breed, zonder stoepen, en er stonden geen huizen. Langs de kant van � Morriske � was er wel een bos. De Populierenlaan was een aarden weg en die leidde naar mijn huis dat daar ook ergens in het bos stond.

Ik kwam dus in die monsterfile terecht op de Schuermanslaan en zette mijn wagen gewoon aan de kant. Ik deed de deuren op slot (met de keukenrol) en ik besloot te voet verder te gaan. Ondertussen had ik veel zin om een lange neus te maken naar de automobilisten die in de file stonden. Zo van : � Ik ben toch bijna thuis en jullie nog bijlange niet ! �
� Meutje
Dromenlijst
Volgende Dromen
Hosted by www.Geocities.ws

1