Instituut voor Islamitische
Studies en Publicaties

 
 

 

Deze site tot uw startpagina maken? Klik hier!

VASTEN

"O, gij die gelooft, het vasten is u voorgeschreven, zoals het degenen vóór u werd voorgeschreven, opdat u zich voor het kwaad zult hoeden. Voor een zeker aantal dagen; maar wie onder u ziek of op reis is, zal dan een gelijk aantal andere dagen vasten; en degenen die het zwaar vinden om te doen, kunnen een lossing treffen door een arme te voeden; en wie uit eigen opwelling goed doet, voor hem is het beter; en dat u vast is beter voor u, indien u het weet." (H. Qur’ān 2:183-184)

Definitie van vasten

Het vasten of saum is niet minder belangrijk dan het gebed. Vasten is het zich onthouden van eten en drinken, van seksuele handelingen, van ruwe en gore taal en ruzie maken. Het is niet zo dat vele afkeurenswaardige handelingen wel mogen op dagen dat er niet gevast behoeft te worden. Het spreekt vanzelf dat ruwe en gore taal voor de Muslim ook op gewone dagen verboden is. De reden waarom wij dit vooral tijdens het vasten niet mogen doen, is dat het vasten daardoor ongeldig wordt. Dit wordt bevestigd door de volgende hadīs:

De H. Profeet Muhammad (s.a.w.) heeft gezegd: 

“Als iemand de valsheid en dienovereenkomstige daden niet achterwege laat, heeft Allāh er geen behoefte aan dat hij zijn voedsel en drank achterwege laat.” (Bugārī)

Wie verplicht is te vasten

Gedurende de maand Ramadān is het vasten voor iedere Muslim, die de jaren des onderscheids heeft bereikt, een verplichting. In bepaalde gevallen is vrijstelling mogelijk, bijv. in geval van langdurige ziekte, hoge ouderdom of zeer zwaar werk (voor medische aspecten van het Islamitische vasten: zie afzonderlijk artikel elders in dit blad). In sommige gevallen (bijv. zwangere, zogende en menstruerende vrouwen en reizigers) dient het vasten te worden ingehaald. De Islām legt dus geen lasten op, die niet te volbrengen zijn.

Dit betekent ook weer niet dat een Muslim zich naar eigen willekeur van de vastenplicht kan ontheffen. Het spreekt vanzelf dat de Muslim die, zonder noodzaak, zijn vakantie in de maand Ramadān kiest, of zonder noodzaak in deze maand op reis gaat, niet moet denken: dit haal ik later wel in, want hij onttrekt zich opzettelijk aan zijn vastenplicht. Voor hem geldt dan de verplichting van twee maanden achtereen vasten, zoals in het geval van een Muslim die per ongeluk een andere Muslim doodt, of in het geval van geen slaaf kunnen bevrijden, of in het geval van het aan de kant zetten van zijn vrouw. En zo zijn er andere overtredingen die verplichten tot twee maanden achtereen vasten.

Vastentijden

Het vasten begint bij het aanbreken van de dageraad, dus voordat de ochtendschemering aanvangt. Men kan dus gedurende de nacht eten. Wie plotseling overrompeld wordt door de dageraad, kan zijn maaltijd afmaken zonder nog iets aan zijn eten of drinken toe te voegen. Indien de zon onder is, moet onmiddellijk het vasten worden verbroken door iets te eten of te drinken, bijv. een paar dadels volgens de sunna van de H. Profeet (s.a.w.).

Wanneer iemand zich verslaapt en niet meer in staat is te eten, kan hij twee dingen doen. Hij kan gewoon vasten alsof hij wel gegeten zou hebben, indien hij denkt dat het hem niet belast. Wanneer iemand denkt dat het niet gegeten of gedronken hebben hem wel belast, bijv. in verband met een zwakke nierfunctie, dan kan hij zichzelf voor die dag als ziek beschouwen en niet vasten. Hij moet deze dag dan later wel inhalen.

De maand Ramadān

De maand Ramadān is niet kenmerkend voor het vasten, maar het vasten accentueert alleen datgene, wat kenmerkend is voor de maand Ramadān. Dit is in de eerste plaats de eerste openbaring die de H. Profeet (s.a.w.) ontving, volgens Musnad Jahrir op de 24e van deze maand. De Qur'ān werd bij gedeelten geopenbaard en elk jaar gedurende de Ramadān reciteerden de engel Gabriėl en de H. Profeet (s.a.w.) samen het Heilige Boek. Dit is de reden dat vele Muslims in deze maand de H. Qur’ān uitlezen.

Lailat al-Qadr

De Lailat al-Qadr, de nacht van de nederdaling van de H. Qur'ān, wordt de Nacht der Majesteit genoemd. Het is een nacht waarin elke oprechte gelovige Muslim zich in zijn hart feestelijk voelt. Het is een nacht van blijde mensen, verheugenis, aanbidding en ontzag. Het is een nacht van Goddelijke Majesteit, een Gezegende en Heilzame nacht. Zie de volgende hadīs:

De boodschapper van Allāh (s.a.w.) heeft gezegd: "Hij die gedurende de Ramadān met geloof vast en de beloning van Allāh zoekt, hem zullen zijn vroegere zonden worden vergeven; hij die gedurende de nacht tijdens de Ramadān met geloof bidt en de beloning van Allāh zoekt, hem zullen zijn vroegere zonden worden vergeven; en hij die Lailat al-Qadr met geloof in gebed doorbrengt en de beloning van Allāh zoekt, hem zullen zijn vroegere zonden worden vergeven." (Bugārī en Muslim)

Het vasten: een feest

Men ziet dus dat het vasten voor een Muslim om meer dan één reden een feest is. Degene wiens hart vervuld is met dat vasten, die voelt het als een feest. Alleen hij die het vasten zonder gevoel doet, en het doet omdat het nu eenmaal een plicht is, of omdat anderen in zijn omgeving het doen, voor hem is het vasten honger en dorst lijden, zonder vreugde en zonder feestgevoel. Dat is geen vasten. Dat het vasten vanaf zijn instelling als een feest werd ervaren blijkt wel uit de volgende hadīs:

De boodschapper van Allāh (s.a.w.) heeft gezegd: “Iedere goede daad die een zoon van Adam doet zal worden vermenigvuldigd, en een goede daad zal een tienvoudige tot een zevenhonderdvoudige beloning ontvangen. Allāh heeft gezegd: ‘Met uitzondering van het vasten, want dit wordt voor Mijn zaak gedaan en Ik geef er een beloning voor. Men verlaat zijn hartstocht en zijn voedsel voor Mijn zaak’. Iemand die vast heeft twee gelegenheden tot vreugde: één wanneer hij zijn vasten verbreekt en één wanneer hij zijn Heer ontmoet. De slechte adem van iemand die vast is zoeter voor Allāh dan de geur van muskus. Het vasten is een bescherming tegen daden van ongehoorzaamheid in deze wereld en tegen de hel in de volgende, en wanneer de dag van het vasten van iemand van u komt, moet hij geen verdorven taal gebruiken of zijn stem verheffen, en als iemand hem uitscheldt of met hem wil vechten, moet hij hem vertellen dat hij vast.” (Bugārī en Muslim)

Het vasten is dus een feest waarin geen enkele wanklank mag worden gehoord, de gehele maand door. Vanaf het begin van het vasten tot het eind is de Muslim gehouden zijn verplichting, wat slechts een minimum is, te vervullen. Aan deze verplichting kan hij zelf, zoals is aanbevolen, een rijkere inhoud geven. En hoe zouden wij Muslims het vasten anders moeten ervaren dan een feest! Zowel de Profeet Jezus als de H. Profeet Muhammad (s.a.w.) zeiden: “En indien u vast, doe het dan niet zo, opdat u van de mensen gezien wil worden.” Trek niet een gezicht alsof het vasten u zwaar valt. Wie waarlijk blijmoedig begint te vasten, voor hem is het vasten niet zwaar.

Te zwak om te vasten?

En het is beschamend, indien er geen enkele reden is om niet te vasten, te zeggen: ‘ik kan niet vasten, het is mij te zwaar’. Het is een gebrek aan ‘īmān’, een gebrek aan vertrouwen op Allāh, Die zeer zeker de vastende tegemoet komt met de zegeningen van genade en de last van het vasten verlicht.

Moge Allāh u allen een gezegende vastenmaand schenken. Moge het vasten voor u een feest zijn. Zo hebben Allāh en de H. Profeet Muhammad (s.a.w.) het gewild.

Artikel van dhr. Y. Keeskamp

Bewerkt door Reza Ghafoerkhan

   

 

Hosted by www.Geocities.ws

1