ANKARA
- Het Turkse directoraat voor Godsdienstzaaken gaat de traditionele uitleg van de
Qur’ân aanpassen aan de moderne tijd. Passages over bijvoorbeeld polygamie,
slavernij, het slaan van vrouwen en erfrecht worden herzien, in het licht van
huidige inzichten.
“We
gaan interpretaties en opvattingen opsporen die zijn gebaseerd op achterhaalde
gebruiken en tradities”, aldus Mehmet Nuri Yilmaz, hoofd van het directoraat.
Diverse voorschriften in de Qur’ân zijn volgens Yilmaz tijdgebonden. “De
Qur’ân bevat bijvoorbeeld voorschriften voor slavernij, terwijl die niet meer
bestaat.”
Yilmaz
wijst erop dat de Qur’ân echtgenoten weliswaar toestaat om hun vrouwen te
slaan, maar dat dat voorschrift voor de toenmalige vrouwen een verbetering
betekende. “Vóór de komst van de Islâm werden vrouwen doodgeslagen. De
Qur’ân heeft hun positie verbeterd door geweld alleen toe te staan als
laatste redmiddel om de eenheid van het gezin te bewaren. Maar men kan zulke
verzen niet eeuwig volgen.”
De
liberale herinterpretatie van de Qur’ân en de Hadîs (uitspraken en
handelingen van Muhammad) moet volgens Yilmaz aantonen dat de Islâm
verenigbaar is met democratie en mensenrechten. “In de ogen van het Westen
staat de Islâm gelijk aan achterlijkheid, geweld, marteling en uitsluiting van
vrouwen uit het sociale leven. Turkije kan dat beeld bijstellen”, zegt
Yilmaz.-. (AFP)
Bron:
De Telegraaf, 11 augustus 2000
Noot
van de An Nűr redactie:
In
het dagblad "De Ware Tijd" van 20 september 2000 verscheen een artikel
onder de kop:
“Iraanse dingt mogelijk mee naar presidentschap”.
Daarin lazen
wij, dat vrouwen in Iran in het verleden niet aan presidentsverkiezingen mochten
deelnemen, omdat de grondwet dat verbood. Volgens voornoemd artikel hebben
deskundigen echter aangetoond dat dit verbod op een misinterpretatie berust. Het
woord ‘ridjâl’, een woord uit het Farsi, werd nl. steeds
vertaald als ‘mannen’, terwijl de juiste betekenis is ‘gerespecteerd
persoon’ en dus niets met sekse te maken heeft. Op grond van deze correctie is
voornoemd verbod in principe dus niet meer van kracht.
Dit
bewijst, dat interpretaties van vroegere geleerden niet altijd de juiste hoeven
te zijn! Het is derhalve zeker toe te juichen dat de trend, die sommige
Muslimgroeperingen reeds tientallen jaren geleden inzetten, nl. het
interpreteren van de Qur’ân naar de omstandigheden des tijds, door andere Islâmgeleerden
wordt overgenomen. De Qur’ân is nl. een Boek voor alle tijden (en voor alle
volkeren) en het zou derhalve absurd zijn, de interpretaties van vroegere
geleerden eeuwig te blijven volgen.
Een voorbeeld: volgens Qur’ân 22:27
zullen de mensen per “slanke kameel” Makkah bereiken voor de Haddj.
Het zou absurd zijn om heden ten dage vanuit Suriname per kameel ter bedevaart
te gaan!