Zoals
we allen weten is de tijd voor de 'Îd ul Adhâ, ofwel het offerfeest, bijna
aangebroken. Alle Muslims wereldwijd die het zich kunnen veroorloven zullen op
deze dag een schaap, geit, koe of kameel offeren.
Ter
informatie: een schaap of een geit is voldoende als offer voor één gezin
(economische eenheid), terwijl een koe of een kameel uit maximaal 7 aandelen kan
bestaan.
V.w.b.
de leeftijd van de te offeren dieren: een geit of schaap moet minimaal 1
jaar oud zijn, een koe minimaal 2 jaar en een kameel minimaal 5 jaar. Ook moeten
de dieren vrij zijn van lichamelijke gebreken.
V.w.b.
het tijdstip van het offeren: dit kan op de 'Îd-dag na het 'Îd-gebed
of op de 2 tot 3 dagen na de 'Îd (dit zijn de dagen waarop de pelgrims zich in Minâ ophouden). Slachten vóór het 'Îd-gebed geldt volgens de Hadîs niet
als offer!
Dit
offeren, waaraan alle Muslims meedoen ter herdenking aan de beproevingen die de
Profeet Abraham ('alaihis salâm), de aartsvader, heeft doorstaan in zijn
gehoorzaamheid aan Allâh, is een onderdeel van de haddj (bedevaart) in Mekka.
Abraham (Ibrâhîm) was bereid zijn zoon Ismaël met zijn eigen handen te
offeren op bevel van Allâh, maar ook Ismaël was zich bereid aan de wil van Allâh
te onderwerpen, door dit offer te ondergaan. De Heilige Qur'ân zegt in 37:102:
"En
toen hij (de leeftijd) van het werken met hem bereikt had, zei hij: O mijn
zoon! Voorzeker heb ik in mijn droom gezien, dat ik u ten offer breng;
overweeg dan wat u ziet. Hij zei: O mijn vader! Doe wat u bevolen is; indien
het Allâh behaagt, zult u in mij één van de lijdzamen vinden".
Zo'n
sterk geloof en onderwerping aan Allâh's Wil is in deze tijd voor de meesten
ondenkbaar.
Men
vraagt zich wel eens af, of men in plaats van het offeren ook andere soorten van
liefdadigheid kan verrichten. Om deze vraag te beantwoorden, moeten we nagaan
wat het doel van het offeren is.
Ten
eerste: het offeren versterkt wereldwijd het gevoel van eenheid onder de Muslims. Immers, alle Muslims ter wereld brengen hun offer samen met de
bedevaartgangers in Mekka.
Ten
tweede: het offeren wordt gedaan in navolging van de Profeet Abraham.
Hierboven werd het begin van de geschiedenis van deze Profeet m.b.t. dit
punt verteld en het verdere verloop is als volgt (Qur'ân 37:103-107):
"Derhalve,
toen zij beiden zich onderwierpen en hij hem op zijn voorhoofd neerwierp, en
Wij tot hem riepen, zeggende: O Abraham! Inderdaad hebt gij de waarheid van
het visioen aangetoond; waarlijk, alzo belonen Wij degenen die het goede doen:
waarlijk, dit is een duidelijke beproeving. En Wij kochten hem met een groot
offer vrij."
De
Profeet Abraham hoefde dus zijn zoon Ismaël niet meer te offeren; in plaats
daarvan offerde hij een lam. Het is dit feit, dat wij Muslims elk jaar herdenken
door een offer te brengen.
Ten
derde: behalve de uiterlijke vorm van het offeren, zoals het slachten en
het verdelen aan de armen, moeten wij vooral aandacht besteden aan de les
die wij uit het offer dienen te leren. Het offer bestaat nl. uit een
uiterlijke en een innerlijke vorm. De uiterlijke, zichtbare vorm is
de daad van het slachten van een dier en het zich voeden met zijn vlees.
Echter is vooral de innerlijke, onzichtbare vorm van het offeren
belangrijk en daarvoor raadplegen we de Qur'ân 22:37, waarin Allâh zegt
met betrekking tot de geofferde dieren:
"Hun
vlees bereikt Allâh niet, hun bloed evenmin. Maar voor Hem is aannemelijk
rechtschapenheid van uw kant."
Hier
vertelt Allâh dus dat hij het vlees en het bloed van het geofferde dier niet
nodig heeft, maar waarom dan dit offer?
In
de Qur'ân 12:53 staat o.a.:
"…voorzeker,
het zelf (ego) van de mens is gewoon hem te bevelen het kwade te doen…".
Laten
wij kijken wat er tegenwoordig in de wereld gebeurt. Vele mensen proberen hun
leven op te bouwen of hun naam te maken door anderen te vernietigen, zoals de
dieren dat doen, dus: de één zijn dood is de ander zijn brood. Lage
hartstochten zoals zedeloosheid, ongeoorloofde seks, geweld en drugs zijn de
trend van tegenwoordig.
Dit
alles ontstaat vanuit de dierlijke instincten, vanuit de lagere hartstochten van
de mens. Het gevolg hiervan is, dat de gehele mensheid bezig is af te glijden
naar de afgrond. Allâh zegt in Qur'ân 95:4-6:
"Voorzeker
hebben Wij de mens in de beste vorm geschapen. Vervolgens brengen Wij hem
terug tot de laagste der lagen. Behalve degenen die geloven en goede werken
doen, die zullen een nimmer af te snijden beloning hebben."
Geachte
lezers, het is het dierlijke in ons, dat ons naar de laagste der lagen brengt en
dat vijandschap en onenigheid tussen de mensen brengt. Het is dit dier in
ons dat geofferd moet worden. Allâh zegt dat dit moet gebeuren door te geloven
in Allâh en goede werken te doen.
Niet
alleen door te geloven in een aantal dingen kunnen we dus een goede bestemming
bereiken, maar ook de daden zijn belangrijk. Neem maar als voorbeeld de
vijf zuilen van de Islâm. De eerste zuil schrijft het geloof voor,
terwijl de andere zuilen voornamelijk op daden zijn gericht: salât, zakât,
vasten en haddj.
En
om terug te komen op het offeren: wanneer we op de weg van de Islâm
liefdadigheid verrichten, bijv. door het geven van geld voor goede doelen,
hebben wij er alleen maar baat bij als we ook afstand doen van bepaalde
verlangens en dingen die ons dierbaar zijn, vooral van onze lage begeerten. U
kunt Allâh niet kopen met geld! U kunt Hem niet behagen alleen maar door het
vlees van een dier te offeren. U kunt Hem niet vleien door alleen maar voor Hem
te buigen of u ter aarde te werpen in de sadjdah, terwijl u zegt: Allâhu Akbar
(Allâh is de Grootste). U moet ook uzelf, in elk geval een deel van uzelf, nl. het
dierlijke in u, offeren. Dit is wat Allâh verlangt (dus: geloof + goede
daden + onderdrukken lage begeerten).
Gaat
u na: als een ieder zijn dierlijke verlangens zou opofferen, dan zou het vrede
op aarde zijn. Want, zoals eerder gezegd, zijn het deze verlangens die
onenigheid en vijandschap tussen de mensen brengen. En het onderdrukken van
zulke verlangens is het Paradijs waard! Zie Qur’ân 79:40-41:
“En
wat hem betreft, die in het aanzijn zijns Heer vreest te staan en de ziel in
(haar) lage begeerten bedwingt, dan waarlijk, de tuin - dat is zijn woning.”
Uit
bovengenoemde 3 punten blijkt duidelijk, dat het offer een andere betekenis
heeft dan uitsluitend een liefdegave. Vervangen van het offer door een
liefdegave is dus niet voldoende.
Het
hoogste niveau van offeren bereikt men pas, als men zich kan houden aan de
woorden die Allâh in Qur'ân 6:162 heeft geopenbaard:
"Zeg,
voorzeker, mijn gebed en mijn offer en mijn leven en mijn dood zijn alle voor
Allâh, de Heer der werelden."
Moge
Allâh ons allen de kracht geven om op de juiste manier ons offer te brengen. ÂMÎN!