Dichtkunst




Stafrijm en kennings
De Frilandse dichtkunst kenmerkt zich door stafrijm, waarin de rijm aan het begin van de beklemtoonde lettergrepen ligt. Voorbeelden hiervan zijn "Willem Wever", "linke Loetje" en "razende Roeland".
        Daarnaast zijn er de zogeheten kennings, waarin bestaande begrippen op een poėtische manier worden beschreven. Voorbeelden hiervan zijn "bijenwolf" (beer), "mastenwoud" (vloot) en "hemelbrand" (zon).

Dichters
Tegenwoordig publiceren dichters hun werk meestal op schrift, maar vroeger waren er speciale hofdichters die door het land trokken en in ruil voor een kleine beloning hun gedichten en liederen ten gehore brachten, vergelijkbaar met de skalden en de minstrelen. De onderwerpen van hun gedichten waren meestal oude sagen en vertelsels, maar ook nieuwsberichten en roddels.
        Een van de meest invloedrijke werken uit de Frilandse dichtkunst is het werk "Mundihtan" (Minnedichten) van de 15e eeuwse dichter Wulfhard Haimarssun. Zijn werk kenmerkt zich door een rationele beschouwing van de liefde. De beroemdste Frilandse dichter uit onze tijd is Anshar Ožalwarssun.

Voorbeeld
Het gedicht "Sumer" (Zomer) van Anshar Ožalwarssun.

Sumer

Ža sundarlunga sun steigiž til hemil
and ža hrab weržiž hra gawakiž.
fleutig iz fleugiž ut ža tre
um ta anskawan hwat ža skauna neuja dag brengiž.
Auk ža ber stekiž sin haubid ut ain hul en ža haug
and kwemiž kweriž utan.
Ža hungariga wulf gangiž up waiž afar hunž
and ža wiž blojiž wižar.

Zomer

De zonderlinge zon stijgt ten hemel,
en de raaf wordt ruw gewekt.
Vlug vliegt hij uit de boom,
Om te aanschouwen wat de schone nieuwe dag brengt.
Ook de beer steekt zijn hoofd uit een hol in de heuvel,
en komt zuchtend (naar) buiten.
De hongerige wolf gaat op jacht naar prooi,
en de weide bloeit weer.