Austin den 13 mei 1902



Geachte familie, Albertina

Ik heb uw brief den 22 april gekregen en daaruit vernomen wat u van plan zijt. Nu ik heb mijn best gedaan om het zoo gauw mogelijk voor elkaar te krijgen , maar dat kost veel moeite, en waarom, uw stiefmoeder die moest haar naam tekenen en dat wou zij niet, en wat een ruzie daarover, hebt u soms ruzie met haar, u was zo min dat u moest doodschoten worden.

 Ik heb er een paar keer maar in huis geweest toen Jans ziek was en op de begrafenis en anders had ik er in geen 3 jaar in huis geweest. Ik heb nog nooit zo een vrouw gezien als deze.
Hier onder de hollanders noemen zij haar slang en nu nog wat vergeten. Jans ston hier te boek van; Jans Walthuis en dat durf zij niet veranderen of drie man moesten daar haar eed voor doen.
Ik heb het nog vandaag van de Konsul onvangen en wat zeide u moeder nog, Zij heeft mij nooit als haar moeder erkennen wilt en nu zal ik haar pijnigen. Zij kan nooit trouwen buiten mij. Maar ik laat het haar nu zien. Ik hoop nu dat dit goed moogt zijn dat u hier met trouwen kunt, en dan wens ik u veel geluk toe van beide zijden. Ik ken u toekomende niet, dat is mijn wens.  Hoe gaat het met P. Huls en Fennechie en Berend en Gried, maar zoo als ik in u brief gelezen heb alles goed.

Nu heb ik van mijn vrouwzijde nooit meer berigt gehad toe ik weer getrouwt was, dat heeft haar zeker niet aangestaan , maar ik ben blijde dat ik zoo een goede vrouw getroffen heb, anders ston het minder.
Wij zijn een groote huishouding, Hier kan bij mij inkomen wie wil, daar zal niemand zegen daar zijn twee soorten kinder. En dan nog er bij, wij hebben het hier zoo goed, dat durf ik zeggen.
Ik zelf heb nu al meer dan vijf jaar gewerkt bij dezelfde baas waar ik nu nog werk. 10 dollar in de week winter en zomer geen dag in het jaar dat ik geen werk heb. Onze Albertiena die werkt bij een groote grossier in Kofi en Tee, heeft zes dollar in de week, winter en zomer.
Aaltje die werkt heeft bij burgers, gaat smorgens om half acht. Komt thuis na de middag 3 of 4 uur ongelijk heeft de kost en 2 1/2 dollar in de week.
Mijn vrouw haar oudste jongen is 15 jaar heef 5 dollar in de week op een kantoor van Brandmaatschappij.

Onze Gerard is nu een half jaar werken, heeft 4 dollar in de week. Dan hebben wij nog 4 die gaan naar school. Ons Margie is grooter als Gerard maar zij moeten hier tot 14 jaar na school. 
Wij hebben ons verleden herfst een huis gekogt. Dat zoo rijk heb ik nog nooit geweest maar nog niet al betaald, maar ik kan als wij gezond blijfen wel in 5 jaar doen. Mijn Vrouw Zwager die helpt ons voor 1000 en 50 dollar een een mooye tuin die klink als een klok. Het huis is 38 voet lang, 24 breed. 4 kamers onder en 4 kamers boven. De tuin  is breed 53 1/2 voet 124 voet lang.

Maar het eten is hier nogal duur en het word nog duurder voor 4 jaar toe kost het spek hier al 5 a 6 cent nu 11 en 12 cent het pond. Koevlees toen 5 en 6 cent nu 14 a 15 cent maar toen verdiende ik 6 en 7 dollar en nu 10
Nu Albertina u beide nigten wouden u wel eens graag schrijfen maar dat kunnen zij beter op engels dan hollands maar zij hebben elk nog een kleine potret legen die kosten elk 1 cent dan moet u 12 koopen. De hoed is Aaltje Wolthuis  en die ander is Albertiena Wolthuis.

Zij zijn beide wassen 15 en 16 jaar. Schrijf mij nu eens spoedig terug hoe het met u trouwen gegaan is. De onkosten zijn 10 gulden , 4 dollar Albertine ik had dat zelf niet gedacht maar ik kan er niets.

Nu zijt van ons allen gegroed

Johannes Wolthuis, Neeltje Wolthuis van Diepen.

Onze Margie roept nog van bed de komplement aan Oom Huls en tante Fennechie

P.  Huls pogen blasen geeft niets maar dit wil ik zegen hoe goed het hier is, als de meeste hollander het wisten dan liep het half leeg.

Mijn adres is
Aan Johannes Wolthuis
Chicago Austin Ill
Waller An



Deze brief is geschreven door Johannes Wolthuis een jongere broer van JansWolthuis 

Hij vertrok naar de VS via Schotland en kwam aan op 20-8-1895 op Ellis Island
Zij hadden 4 kinderen bij zich: Albertina 9 jaar, Aaltje 8 jaar,  Gerhard 7 jaar en  Marchien 5 jaar Over deze kinderen wordt gesproken in de bief.
Blijkbaar is zijn vrouw, Annechien ten Brink, overleden en is hij hertrouwd met een vrouw die ook al kinderen had, Neeltje van Diepen.

Aanleiding van de brief was blijkbaar dat Albertina Wolthuis om met Harm Vrieze te kunnen trouwen een bepaald document nodig had, misschien een attestatie van het overlijden van haar vader Jans Wolthuis of eventuele toestemming van haar stiefmoeder. De relatie was blijkbaar niet al te best, getuige het commentaar. 
De brief is gedateerd 13 mei 1902, Harm en Albertine zijn op 27 mei 1902 getrouwd.

Uit deze brief blijkt dat Jans Wolthuis opnieuw getrouwd was in de VS ( of reeds hier)
Ook staat vermeld dat hij geregistreerd was als Jans Walthuis, en dat ze dat maar zo gelaten hebben. 

De Berend en Griet waarover gesproken wordt, zijn Grietje Wolthuis en haar man, Berend Sterenberg, de jongste zuster van Jans en Johannes.

P(ieter) Huls was getrouwd met Marrechien Wolthuis een halfzus van Jans, Johannes en Grietje, zij overleed in 1881. Zij kregen in ieder geval 1 zoon, hij overleed op 5 jarige leeftijd in 1865
Op 13 jan 1883 hertrouwde hij met Fennechien Bessembinder

Naar verluid bleef Albertine in het bakkersgezin van Pieter Huls achter nadat haar vader met haar jongere zuster Willemina (Tante Miene) naar Amerika vertrok.
Harm Vrieze werkte als bakkersknecht bij Pieter Huls en zo hebben zij elkaar ontmoet.

Het lijkt of er met deze brief niet alleen een officieel document is verstuurd maar ook foto's waarop Albertiena en  Aaltje te zien zijn. Misschien vinden we die nog terug in de nalatenschappen.